dinsdag 6 maart 2018

Martin Michael Driessen-De pelikaan

Uitgeverij Van Oorschot




De kabelbaan als metafoor voor een vermeende vriendschap  


Inleiding 

Deze roman speelt zich af aan de Adriatische kust in Joegoslavië, er wordt geen specifieke plaats genoemd, maar de sfeer is mediterraan en ook een beetje exotisch. Er zijn palmen, pelikanen, het water en de luchten zijn blauw. 

Behalve een pittoreske vissershaven, een klokkenmuseum en een kabelspoorweg is er niet zo veel te beleven, het wordt getypeerd als 'het muurbloempje van de Europese geschiedenis. Op de omslag prijkt een foto van een wagon op een spoorlijn, deze splitst zich op een gegeven moment zodat twee wagons elkaar kunnen passeren om daarna weer samen te gaan in één spoor.  

De tijd waarin het verhaal zich afspeelt is 1988. Gedurende het boek komt de politieke situatie regelmatig ter sprake tijdens gesprekken tussen de mannen in het stadje. In een flashback van een heftig voorval in WOII worden de verhoudingen tussen de personages van de gemêleerde bevolking duidelijk gemaakt. 

Twee van de manen hebben toen een band voor het leven gesmeed. Door het recente verleden is de onderlinge sfeer broeierig, de mannen kennen elkaars politieke achtergrond en dat leidt op zijn minst tot enig wantrouwen.  
Het boek kent geen hoofdstukken, het is ingedeeld in 5 delen. 

Andrej en Josif 

Voorin het boek wordt gezegd dat het een komedie is. Zo ga je als lezer het boek in, je verwacht een komedie. Toch heeft het verhaal ook tragische elementen, vooral in de relationele sfeer van de beide hoofdpersonages Andrej de postbode en Josip, machinist en conducteur van de transporttrein. De schrijfstijl is droogkomisch, waardoor de tragiek niet de boventoon voert. In het algemeen kun je zeggen dat beiden in een onontkoombaar noodlot gevangen zitten en daarin op een inventieve manier toch proberen uit te komen. Josip door een buitenechtelijke verhouding te beginnen, Andrew door Josip daarmee te chanteren. 

Plotwending 

Ergens in het verhaal lijkt het doek gevallen voor Andrew, een dramatische wending geeft een draai aan de verhoudingen. Hier wordt het komisch, de twee mannen trekken samen op, maar de één weet van de ander niet wat hij echt doet. Wij als lezer wel en dat maakt het op een leuke manier spannend.

De titel

De titel van het boek is De pelikaan. Pelikanen worden regelmatig genoemd in het boek, Andrew heeft een hekel aan deze vogels. Ze bezoeken het stadje elk jaar en eigenlijk horen ze hier niet thuis, vindt hij. Toen hij werkloos was had hij wat geld verdiend door bloed te doneren. De pelikaan, het christelijke symbool van opoffering en wederopstanding, was het embleem van de bloedtransfusiedienst.

Thematiek 

De twee personages zijn aan elkaar gewaagd. In het verhaal kan de één niet zonder de ander. Ze lijken aan elkaar vast te zitten als de 2 treinstellen van het transporttreintjes, wanneer de ene omhoog gaat, gaat de ander omlaag, ze ontmoeten elkaar even op het passeergedeelte, verder glijden ze langs elkaar heen. En ook in hun rollen hebben ze met elkaar te maken, ze gaan op een gegeven moment van wisselen functie, een thema dat versterkt wordt wanneer ook de hond Laika wisselt van verblijfplaats.  Een ander thema is gokken in het casino en hondenwedrennen. Beide personages gokken, wedden, dit loopt als een rode draad door het boek en zorgt voor een verrassend einde.  

Stijl 

Driessen heeft een droog-komische, beetje onderkoelde schrijfstijl. Het maakt uit wát hij beschrijft, maar dit citaat is een voorbeeld van een rustmoment in het boek. Hiermee begint deel 2. 

'Het was nu maart, en de pelikanen waren nog niet terug. Het waren kennelijk erg kieskeurige beesten want er waren wellicht warmere landstreken, maar mooier en aangenamer dan in hun stad kon het nu eigenlijk nergens zijn. De dagen waren niet zo heet als in de zomer, de nachten koel maar niet meer koud. Het stadje lag bevallig aan de baai, zich koesterend in vrijwel tijdloze schoonheid, uitziend over het komen en gaan van vissersbootjes en motorjachtjes op de blauwe zee als een oude dame die ooit met de jonge keizer Franz Joseph had gewalst en nu de verrichtingen van de jeugd op de dansvloer gadesloeg.' 

De dialogen zijn pittig en levendig, het is absoluut goed mogelijk je een voorstelling te maken van het volgende tafereel, een stel vrienden op een terras:
  
'Moet je zien hoe hij dat pakje draagt,’ zei Marković. ‘Net een banketbakker met een taartje.’ ‘Een heel rare snuiter,’ zei Knević. ‘Misschien is hij wel homoseksueel.’‘Dat geloof ik niet,’ zei Josip, die wist hoe verzot Andrej op plaatjes van filmsterren en prinsessen was.‘Waarom heeft hij dan geen vrouw?’ vroeg de apotheker.‘Ach, hij is gewoon te verlegen, de arme kerel,’ zei Mario en stond op om naar de wc te gaan.' 

Helden 

Boven aan de kabelspoorbaan brengt Josip zijn lunchpauze door. Daar bevindt zich ook het socialistische heldenmonument, een stel levensgrote vaderlandse helden die de sokkel af leken te stormen. Daar at hij, Josip, zijn broodtrommeltje leeg. Hij voelde zich eigenlijk één van hen, tenslotte was hij een gedecoreerde veteraan. Wanneer hij daar zo zat, voelde hij zich bevrijd van zorgen om zijn vrouw en kind. 

Dit wordt ook de plek waar hij zijn minnares zal ontmoeten, een mooie dame met naaldhakken. Het lijkt of Josip op zijn minst wat hoogmoedig is. Toevallig komt op de berg de vlinder Parnassius apollo voor, die krijgt ruime aandacht van fotograaf Andrej. De bijzondere vlinder lijkt sterk op een verwijzing naar de verblijfplaats van de Griekse god Apollo en de muzen.
  
Conclusie 

Dit is een op het oog eenvoudig te lezen roman. Je kunt hem zo lezen, dan is het een merkwaardig en grappig verhaal over twee mannen die vlak langs elkaar heen leven. Wanneer je ook de laagjes en de verwijzingen weet mee te nemen krijgt het boek ineens een ander aanzien. Het wordt dan een zorgvuldig gecomponeerd kunstwerk waar de auteur allerlei verwijzingen in verstopt heeft. Ik heb ze niet allemaal kunnen vinden, maar heb het boek met veel plezier gelezen. 



De auteur

Martin Michael Driessen (Bloemendaal, 19 april 1954)is een Nederlands acteur, regisseur, vertaler en schrijver. In 2016 won hij de ECI Literatuurprijs.  

Na onvoltooide studies Nederlands en Sanskriet doorliep Driessen van 1978 tot 1980 de studie Theaterwissenschaften aan de Ludwig-Maximilians-Universität in München. Tot 2006 zou hij voornamelijk in Duitsland blijven wonen, waar hij werkte als acteur, onder andere in de film Blaulicht (1982) van Reinhard Wissdorf, en als regisseur en theaterleider voor toneel en opera. 
Vanaf 1997 vertaalde Driessen werken naar het Duits, onder andere Joost van den Vondels Lucifer. Hij debuteerde in 1999 als schrijver met de roman Gars, in 2000 direct genomineerd voor de AKO Literatuurpriis (longlist). 

In 2012 volgde Vader van God en in 2013 Een ware held, genomineerd voor de Gouden Boekenuil. In 2015 verscheen de omvangrijke roman 'Lizzie', geschreven samen met de dichteres Liesbeth Lagemaat . Zijn novellenbundel Rivieren uit 2016 werd bekroond met de ECI Literatuurprijs. De jury prees de drie verhalen omdat ze getuigen van een "ingetogen grootheid, met schitterende beeldende zinnen en een onbestemde dreiging, en tegelijkertijd van een weldadige tijdloosheid." 

Auteur: Martin Michael Driessen 
Uitgever: Uitgeverij Van Oorschot 
ISBN: 97899028280144 
Pag: 200 
Genre: fictie 
Verschenen: November 2017  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.