dinsdag 6 maart 2018

Inger N.I. Kuin-Leven met de goden

 Amsterdam University Press


Offers, mythen en festivals



Een van de vragen die opdoemt bij het lezen van de werken van Homerus en Vergilius is wat de positie van de goden in het dagelijks leven was. In dit boek zien we de bekende godheden uit de Griekse en Romeinse mythologie terug en krijgen we een idee van hun rol in de klassieke oudheid. Deze periode loopt van de achtste eeuw voor Christus tot en met de vijfde eeuw na Christus. De auteur zoekt naar constante factoren waardoor je kunt spreken van 'religie van de oudheid'.

Het woord 'religie' zoals wij het gebruiken past bij een monotheïstische wereldreligie en sluit vele 'religies' uit die niet voldoen aan de definitie: 'religie is een combinatie van god(en), gebouw, leider, geloof, handeling, object.' De term religie zal in het boek gebruikt worden voor het verzamel-fenomeen van de handelingen en ideeën die met de Romeinse en Griekse goden verbonden waren.

De verschillen en overeenkomsten tussen 'hun' en 'onze' religies vormen het thema van dit boek. Een aantal onderwerpen die de revue passeren zijn: festival en rituelen, mythe en theologie, polytheïsme versus monotheïsme. 
Aan het begin van het boek staan een paar mooie overzichtskaarten, in het boek staan afbeeldingen van onder andere offerstenen met inscripties. 

Dromen

Bij de Grieken en de Romeinen kon een droom grote gevolgen hebben voor het verloop in een strijd. Bijgelovig als ze waren zou een voorspellende droom wel eens kunnen betekenen dat één van de bevelhebbers niet verscheen op het slagveld. Zo geschiedde in 42 voor Christus bij de slag van Philippi *, dat Octavianus, de latere keizer Augustus, bij de eerste veldslag niet kwam opdraven, omdat hij een onheilspellende droom gehad had. 

In die tijd was het heel normaal de goden te raadplegen bij belangrijke beslissingen, daar hoorde bij dat je offers bracht. Door ingewanden van offerdieren te 'lezen' kon men zien of het verstandig was de strijd aan te gaan.
Je zou denken dat er geen tegengeluiden waren in die tijd, maar er waren wel degelijk sceptici. Een bekend voorbeeld is Socrates, hij weigerde de goden van Athene te vereren en werd ter dood veroordeeld.

Demeter en Persephone

Een mooi voorbeeld van continuïteit van religie, een lange periode waarin een religieus gebruik plaats vond, is het heiligdom in Eleusis in de buurt van Athene. Hier vond al in het begin van de klassieke oudheid de verering plaats van godin Demeter en haar dochter Persephone. Velen lieten zich inwijden in de mysteriën van Eleusis, onder anderen keizer Augustus.
Behalve wederzijdse beïnvloeding van de Griekse en Romeinse cultuur, kwamen er ook mythen en cultussen uit andere nabijgelegen gebieden, zoals uit Tyrus, Asia Minor en Egypte, in contact met de Grieks-Romeinse cultuur.

 Eleusis (Wikipedia)

Filosoof-keizer

Om een idee te krijgen hoe belangrijk goden waren is het interessant een citaat uit de Meditationes te lezen van Marcus Auralius, filosoof-keizer die heerste in de tweede helft van de tweede eeuw na Christus. Een van de vele opdrachten die hij voor zichzelf opschreef luidt: 

'Leef met de goden. Deze persoon leeft met de goden: hij die voortdurend zijn ziel aan hen toont, een ziel tevreden met wat hem is toebedeeld, en telkens doende wat zijn persoonlijke god (daimon) ook maar wil, want deze heeft Zeus aan eenieder toebedeeld als meester en leider, als een afsplitsing van hemzelf. Want hij is de geest en de rede van eenieder'

Marcus Aurelius was een stoïcijn, één goddelijk wezen belichaamt de hele kosmos, God is overal, hij ís de kosmos.
Deze henotheïstische zienswijze (hen is Grieks voor één) van de Stoïcijnen, verschilde drastisch van het polytheïstische godsbeeld van de traditionele religie.

Goden en offers

De polytheïstische religie maakt het de mensen niet makkelijk te kiezen tot welke god ze zich moeten richten zou je denken, toch lukt het hen wel. Kennelijk is er grote flexibiliteit om elke keer de juiste keuze te maken.
In Theogonie vertelt Hesiodus de ontstaansgeschiedenis van de Griekse goden. Vanaf ongeveer 700 voor Christus worden de kinderen van Kronos en Rhea en de kinderen van Zeus, in bijna alle Griekse gemeenschappen vereerd.

Schatkistbewaarders van de goden waren van belang wanneer het stadsbestuur geld nodig had. Het is heel bijzonder dat een deel van de administratie uit de jaren 420 is overgebleven van de schatkamers op de Acropolis in Athene.
In de documenten staan leningen van de tempels van de goden aan de stadsstaat.
Goden kregen bijna allemaal een epitheton, een toevoeging. Dat kon een plaatsbepaling van een cultus zijn, bijvoorbeeld Sounion voor Poseidon, een eigenschap, Artemis van de Jacht, of een combinatie met een inheemse god.

Acropolis (Wikipedia)

Organisatie

Over de vraag hoe de goden georganiseerd waren bestaan verschillende theorieën. Zij zouden vergoddelijkte natuurverschijnselen zijn, dat wil zeggen: ze zijn in de natuur aanwezig en veroorzaken het natuurverschijnsel als verpersoonlijkte actor. Hiermee kon je wel Zeus (onweer), Ouranos (de hemel), Gaia (de aarde) indelen, maar niet een aantal andere godheden zoals Hera, Athena, Hermes, Apollo en Artemis.

Een andere ordening is het structuralisme. Franse religiehistorici Jean-Pierre Vernant en Marcel Detienne stelden dat er aan de cultuur bepaalde universele patronen en symboolsystemen ten grondslag liggen die herleid kunnen worden tot de kernactiviteit 'soevereiniteit'. 

'De godin Artemis gaat over ogenschijnlijk zeer verschillende zaken, zoals de jacht en steun aan barende vrouwen. Maar voor de structuralisten kunnen alle interesses van Artemis worden gevat in de kernactiviteit van het begeleiden van overgangen tussen beschaving en beestachtigheid. De geboorte is een gewelddadige en gevaarlijke gebeurtenis die mensen confronteert met hun dierlijkheid; in de jacht leggen mensen hun beschaving, namelijk het hebben van wapens, op aan dieren.' 

Soms lijkt het alsof verschillende goden dezelfde functie vertonen, maar dat gebeurt dan steeds op een andere manier. Poseidon en Athena hebben allebei te maken met paarden. Poseidon ('Aard-Schudder') gaat over het temmen, berijden en de kracht van paarden, de kernactiviteit is het bedwingen van natuurgeweld, denk ook aan de zee en aardbevingen. Athena heeft als kernactiviteit intelligentie en gaat over de techniek om bit en teugels te maken en te gebruiken.

Beeld en woord

Goden speelden een rol in het dagelijks leven, daar hoorde ook theaterkunst, literatuur en beeldende kunst bij.
De heel vroege afbeeldingen van goden waren van hout, later werden ze gemaakt van brons, goud, ivoor of marmer. Toch bleef het houten beeld een hoge status houden omdat het oud was, ook al dacht men te kunnen pronken met afbeeldingen van kostbare materialen.
Het beeld kreeg een centrale plaats in een tempel als ware het een aanwezige godheid.

Op het toneel verschenen goden zelf op de planken, in sommige stukken werd een acteur die een god speelde met een ingenieus mechanisme aan het eind op het toneel neergezet om de actie tot een (soms goed) einde te brengen: de spreekwoordelijke frase 'deus ex machina'.
Ook in geschriften die niet bedoeld waren voor het toneel, speelden goden een belangrijke rol, vanaf Homerus tot in de late Oudheid.

Homerus (Wikipedia)


Praktizeren

Bij de Grieken en Romeinen vond men het vreemd wanneer je wel geloofde, maar niet deelnam aan de rituelen. Tegenwoordig kijkt niemand daar meer van op.
Waaruit bestond de praxis?** Je bracht offers, meestal dieren, raadpleegde orakels en er was sprake van twee locaties, thuis en de gemeenschappelijke altaren. Het doel was de goden gunstig te stemmen en om iets over de toekomst te weten te komen.

Over de Vroege Christenen is bekend dat ze niet meededen aan dierenoffers. Hierover schreef Paulus de apostel een stuk in zijn eerste brief in de Korinthiërs. 
Behalve dierenoffers werd ook ander voedsel als offer gebracht zoals graan, gerst, groenten en fruit.
Volgens Porphyrius, filosoof derde eeuw na Christus, hebben dieren een ziel, en wie een dier offert loopt het risico achtervolgd te worden door de ziel van het overleden dier.

'Do ut des-religies', 'ik geef opdat jij geeft', waarin offerrituelen voorop staan, onderscheiden zich van 'ontwikkelde' religies waarin geloof en spiritualiteit voorop staan. Om deze offerrituelen eenvoudig te reduceren tot koehandel is wat kort door de bocht, want door het regelmatig offeren bouwden en onderhielden de Grieken en Romeinen een voortdurende relatie op.

Over festivals zijn enige gebruiken bewaard gebleven, een van de vast punten was een processie, ook werd er gegeten en gedronken en er werd bespot. Dat bespotten, aan het lachen maken, was bedoeld  als teken van vertrouwen. Misschien waren de lachrituelen een smeermiddel voor de relatie tussen mensen en goden én tussen mensen onderling.

Orakel van Delphi (Historianet)


Conclusie

Iedereen die houdt van het mystieke van de oudheid kan in dit boek zijn hart ophalen. Er staat erg veel in, ik heb moeite deze recensie binnen de perken te houden, want er is nog veel te vertellen over de mystieke cultussen, de Vroeg Christelijke cultuur, het verband tussen mythologie en bestaande rituelen, het hiernamaals, de twijfelaars enzovoort. 
Het is zowel een boek om in te lezen als een naslagwerk. De tekst is goed leesbaar, maar vergt wel enige inspanning vanwege de hoeveelheid informatie. De auteur heeft een zo compleet mogelijk beeld proberen te geven van wat religie betekende voor de mensen uit de oudheid, ik vind dat ze daarin uitstekend geslaagd is.


*De slag bij Philippi was een veldslag tussen de troepen van het tweede triumviraat, geleid door Marcus Antonius en Octavius enerzijds en Brutus en Cadssius anderzijds. De slag vond plaats in 42 v. Chr. Bij de stad Phliippi in Macedonië. (Wikipedia)
** Met praxis wordt in de religieuze context het geheel aan handelingen bedoeld die in een bepaalde ritus van de gelovigen of aanhangers wordt verwacht. Het andere luik is de geloofsbelijdenis. (Wikipedia)

Over de auteur

Inger N.I. Kuin is onderzoeker en docent Oude Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen. Ze promoveerde in New York op een proefschrift over religie en humor in de Oudheid en studeerde in Amsterdam filosofie en journalistiek. Als journalist schreef ze onder meer voor NRC Handelsblad.




Titel: Leven met de goden
Auteur: Inger N.I. Kuin
Uitgever: Amsterdam University Press
ISBN: 9789462984806
Pag.: 172
Genre: Historie
Verschenen: maart 2018

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.