Recensie door Roosje
Uitgeverij Wereldbibliotheek
De Russische levensgeest
Soms ervaar ik een soort
gevecht met het boek dat ik aan het lezen ben en snap ik niet zo goed hoe dat
komt. Onderhavige roman van Gontsjarov is uitermate boeiend en ook zeer
leesbaar voor een roman uit 1859. Ik denk dat de vertaling ook heel goed is.
Hoe komt het dan dat ik
toch zo lang bezig ben geweest met die bijna 500 pp, kleine letter, dat wel;
andere uitgaves kennen wel 800 bladzijden, dat is toch niet gering. Ik denk dat
ik tijdens het lezen ook tegelijk probeer te begrijpen hoe de vork in de steel
steekt. Ik probeer wat ik lees steeds weer te plaatsen. Niet alleen de
verschillende onderdelen binnen de roman, maar ook de roman in de relatie tot
ander literair werk uit die tijd. Wat voor soort roman is het? Hoe is de
relatie van de gebeurtenissen in de roman met de buitenwereld, politiek, de
werkelijkheid, maatschappelijk, psychologisch? Dus tegelijk met het
lezen doe ik ook een studie naar de ‘buiten-romanlijke’ elementen. Zoiets moet
het zijn. Soms moet ik dan ‘sudderen’ of overdenken, dan lees ik stiekem
tussendoor een ander boek, in de hoop dat het een lekker tussendoortje is en
dat is het vrijwel nooit. En zo stiekem doe ik dat nu ook weer niet.
En wat ook meespeelt, denk
ik, is dat dit boek van Gontsjarov, de hoofdpersoon met name, me raakt; ik leef
mee met Oblomov, erger me aan hem, wil hem een schop onder zijn lazy ass geven,
maar lijd ook met hem mee in zijn liefdesperikelen, en houd mijn adem in als
hij door zijn vrienden wordt belazerd, en ik lijd met hem mee als hij lijdt aan
zichzelf en zijn Russische leven.
Oblomov is een roman van
de iconische soort. De meeste mensen kennen de titel, niet iedereen zal het
gelezen hebben. Ik kan hierop direct zeggen: de roman leest absoluut niet
moeilijk. Mijn exemplaar is al wat ouder, uit 1982, de vertaler is Else
Bukowska - ik hanteer haar spelling van de namen en volg haar gebruik van de
Russische woorden -. Ik vind de vertaling uiterst leesbaar. Misschien is het de
figuur van Oblomov en het door hem - nou ja, Gontsjarov deed het voor hem - verzonnen
begrip oblomovisme (oblomovsjtsjina op zijn Russisch, maar dat schrijf ik over
van inleider N. van Wijk). Oblomov is een mistig figuur. Iedereen zal direct
denken aan luiheid, traagheid, inertie, maar zijn psychologie, zijn aard is
toch écht wel wat complexer.
Al een hele poos geleden
wilde ik Oblomov gaan lezen. Mijn exemplaar is een afgeschreven bieb-boek, uit
1982. Ik ben er ooit in begonnen en dacht toen: hier heb ik geen zin in, in
zo’n inerte hoofdfiguur, zo’n lamzak, zo’n loser. Ik had een grote antipathie
voor Oblomov als personage. Jaren later had ik datzelfde toen ik begon in De
correcties van Jonathan Franzen. Een ongelooflijke loser, dat personage. Maar
ik ben er toen een tweede keer aan begonnen en vond het toen een fantastisch
boek.
En nog erger - ik schaam
me werkelijk heel erg -: ik heb bij de eerste lezing van De dood in Venetië
Thomas Manns novelle met afschuw terzijde geworpen. Pieter Steinz overtuigde me
dat het echt een goed boek is. Daarom las ik het nog eens. Ik was overstag! En
schaamde me heel diep het ooit een vervelend boek gevonden te hebben.
Precies dezelfde ervaring
had ik met Gontsjarovs roman. Het was samenleesproject met een paar
boekenvriendinnen en dat heb ik bewust gekozen als een stok achter de deur: nu
ga ik dat boek eindelijk eens lezen. En dat heeft gewerkt!
Moraal: je kunt altijd
weer opnieuw beginnen in een boek ;-).
‘In de Gorochovaja-straat, in een van die kazernewoningen, die een bevolking hebben als een provinciestad, lag Ilja Iljitsj Oblomov in zijn bed.Hij was een jaar of twee- drie-en-dertig en had een aangenaam uiterlijk, donkergrijze ogen, maar een beetje vage trekken. Een gedachte vloog over zijn gezicht als een stormvogel, toefde even bij zijn ogen, ging zitten op zijn half-open lippen, verschool zich in de rimpels van zijn voorhoofd en verdween.’ (1982: 9)
De roman kent een
overzichtelijke structuur van vier boeken met daarin steeds verschillende
hoofdstukken. Het gebruik van flashbacks is werkelijk verbluffend organisch -
lees: heel knap - gedaan door Gontsjarov.
Ieder boek gaat over een
periode in Oblomovs leven. Introductie en jeugd (via flash back); introductie
van Stolz, zijn beste vriend. De verloving met Olga. De tijd na Olga.
Behoorlijk wat dialogen. Ik ben over het algemeen niet zo tuk op dialoog. Ik
vind het soms zo onoverzichtelijk, dan weet ik niet meer wie er aan het woord
is, maar Gontsjarov schrijft bijzonder goede dialogen.
Het personage Oblomov is
niet zomaar een eenvoudige lamzak, een loser of een luiwammes. Hij is een
complexe figuur. Door en door verwend door zijn ouders en de bedienden op het
landgoed Oblovomka heeft hij nooit geleerd initiatieven te nemen. Hoewel de
roman tot de realistisch literatuur gerekend wordt, zie ik hier een
‘naturalistisch’ puntje. (Je zou kunnen zeggen dat het naturalisme een ver
doorgevoerd realisme is.)
Er zijn mensen die menen
dat Oblomov een typische Russische landjonker is. De term landjonker is van
mij, rdv. Daarin schuilt een sociaal-politieke kritiek op de rijkere Rus. De
landadel bezat in die tijd (in 1859 kwam de roman uit) nog horigen, slaven dus
eigenlijk, of dat stelsel was net afgeschaft. Oblomovs bediende Sachar (zo
schrijft Else Bukowska de naam) is daar een representant van. Ik geloof dat hij
niet echt nog onderhorig is maar zijn afkeer én liefde voor zijn meester
spreken boekdelen. Sachar is lui en onwillig, pikt kleingeld maar verdedigt
zijn ‘barin’, zijn meester tot op het bot.
Ik las ergens, ik denk op
Wikipedia, dat Gontsjarov aan dezelfde ziekte, oblomovisme’ leed. Wat heel
grappig is: de term oblomovisme vindt in deze roman zijn ontstaan. Oblomov zelf
noemt zijn ziekte zo.
Oblomov wil ook wel
energiek zijn, zeker wanneer Olga in zijn leven komt, maar hij is er niet toe
in staat. Niet alleen is hij verwend en inert (hij trekt zelfs zijn eigen
sokken niet aan) maar hij heeft ook geen verstand van zaken: letterlijk en
figuurlijk. Oblomov is op geen enkele wijze in staat zijn landgoed Oblomovka te
leiden. Hij heeft dat ook nooit geleerd en eenmaal in St-Petersburg kwam hij er
nooit meer, op zijn landgoed: het is te ver, de boeren zijn weggelopen, het
huis staat op instorten, wegen moeten worden aangelegd.
Gruwelijk misbruik maken
zijn ‘vriend’ Tarantjev en de broer van zijn hospita, Ivan, van Oblomov; zij
brengen hem tot de bedelstaf tot Oblomovs hartsvriend Stolz ingrijpt. En ik
dacht: had dat nou toch eerder gedaan, Stolz. Maar misschien ook niet. Oblomov
zou nooit in staat zijn zaken zelf te doen. En Stolz doet al veel maar heeft
ook zijn eigen leven.
De enigen die een goede
invloed op hem hebben zijn zijn vriend Stolz, die een halve Duitser is en dat
verklaart alles (dus inderdaad kritiek op Rusland), en Oblomovs vriendin Olga.
Stolz probeert hem uit alle macht te behoeden voor onheil en armoede maar heeft
het te druk met zijn eigen zaken om Oblomov echt bij de lurven te pakken.
De liefde is een lastige
kwestie, hoe verhouden geliefden zich tot elkaar, hoe spelen hun
sociaal-maatschappelijke achtergronden mee; hoe zeker zijn zij van elkaars
liefde en van elkaars gevoelens, en wat is liefde eigenlijk? De hoofdstukken
hiervoor kon je nog denken dat je een klucht zat te lezen, nou ja, een
tragikomedie met de nadruk op klucht. De relatie van Oblomov en Olga is echter
uiterst tragisch. Fenomenaal goed beschreven door Gontsjarov.
'[Olga] - Denk je heus, dat ik hier zou zijn, dat ik ’s avonds met je in het prieel zou zitten, naar je luisteren en je vertrouwen als ik je niet begrepen had? Dus dit… zei hij. Zijn gezicht betrok en hij liet haar hand los.Een vreemde gedachte kwam in hem op. Ze keek hem kalm en trots aan en wachtte, maar hij had op dat ogenblik geen trots en geen kalmte willen zien, maar tranen, hartstocht en bedwelmend geluk, tenminste dat éne ogenblik. Daarna zou een leven van onverstoorbare kalmte kunnen komen. En er kwam niets, geen tranenvloed, geen schaamtevolle toestemming! Hoe Hoe moest hij dat verklaren?’ (ib.: 278)
De liefde is
onbegrijpelijk…
Het is de driehoek Olga,
Oblomov, Stolz, die van het grootste belang is. Stolz is de verstandige, de
wetenschappelijke, de doener, de energieke. Olga is de tedere, de kunstzinnige,
de liefdevolle. Daarin staan zij lijnrecht tegenover Oblomov. Olga zingt en
daardoor is Oblomov verliefd op haar geworden. Muziek is in een roman vaak een
drager van emoties, een bewustmaker van de liefde. Denk bijvoorbeeld aan Een
nagelaten bekentenis van Emants. De onsympathieke hoofdfiguur raakt verliefd op
zijn vrouw op het moment dat hij muziek hoort. Hiermee wil ik niet zeggen dat
Oblomov een louter onsympathieke figuur. Helemaal niet: hij is vooral een
complexe figuur. Olga noemt hem de liefste man die er bestaat, ‘er zit geen
kwaad bij’ (mijn woorden, rdv, niet die van Olga, maar daar komt haar liefde
voor hem wel op neer).
Zijn twijfels en
roerselen, zeker over Olga en hun liefde, maken hem menselijk en daardoor
sympathiek
Het is ook zo fijn dat de
‘alwetende verteller’ in dit boek helemaal tot zijn recht komt, als het ware
geconcretiseerd wordt, een menselijke vorm krijgt. Op het eind van het boek
ontmoet Stolz een vriend van hem, een schrijver. Deze schrijver maakt een
prachtige roman over Oblomov, zoals hem verteld werd door diens beste vriend,
Stolz. Schitterend!
‘[Vriend van Stolz]: Waardoor? Wat was de oorzaak[Stolz] - De oorzaak? Oblomovisme!Oblomovisme! herhaalde de schrijver verwonderd. Wat is dat?Dat zal ik je vertellen, laat me even denken en mijn herinneringen verzamelen. En jij moet het opschrijven, misschien heeft iemand er iets aan.En hij vertelde hem wat hier naverteld is.’ (ib.: 479)
Nee, 500 of 800 bladzijden
over een ‘luiwammes’ zijn niet te veel, ook al had ik er soms een beetje moeite
mee. Een boek, een personage kunnen je ook té diep raken. Dat is bij Oblomov
zeker het geval, wat mij betreft.
Uitstekend boek. Zeker als
je weet dat het bijna 200 jaar oud is, nou ja 175. De roman geeft een
uitstekende inkijk in het Rusland van voor het communisme.
Auteur
Ivan Aleksandrovitsj
Gontsjarov (Russisch: Ива́н Алекса́ндрович Гончаро́в) (Simbirsk, 18 juni
1812 - Sint-Petersburg, 27 september 1891) was een Russische schrijver uit de
19e eeuw.
Gontsjarov werd geboren in
Simbirsk als zoon van een graanhandelaar. Op zijn tiende werd Ivan naar een
kostschool in Moskou gestuurd. Later studeerde hij letteren aan de universiteit
aldaar. Gontsjarov werd ambtenaar en maakte eerst in Simbirsk en later in
Sint-Petersburg gestaag carrière.
In 1852 ging hij mee op
een diplomatieke missie naar Japan, een lange zeereis via Kaap de Goede Hoop.
Onderwijl raakte Rusland in oorlog met Engeland en Frankrijk en werd het te
gevaarlijk om de terugreis te aanvaarden. Gontsjarov en een aantal officieren
gingen over land terug naar Sint-Petersburg, waar zij pas in februari 1855
aankwamen.
Terug in Sint-Petersburg
kreeg Gontsjarov een baan als censor. Deze baan kon in de ogen van zijn
collega-schrijvers weinig goedkeuring vinden. In zijn privéleven ontmoette
Gontsjarov onder meer de beroemde Russische schrijvers Tolstoj en Toergenjev.
Met Toergenjev kwam hij in aanvaring nadat hij hem van plagiaat beschuldigd
had. Die beschuldiging kon Gontsjarov echter niet hard maken en leek eerder
ingegeven door jaloezie en achtervolgingswaan.
Gontsjarov stierf in 1891.
Zijn niet geringe vermogen liet hij na aan de weduwe van zijn knecht en haar
drie kinderen.
Hij was de eerste
Russische schrijver die oog had voor de positie van de knecht. Vóór Gontsjarov
was de knecht een zwijgende aanwezige in de Russische literatuur. Gontsjarov
toonde de knecht met al zijn nukken en grillen. Hij was geen sociaal bewogen
schrijver die voor de bevrijding van de arbeider pleitte.
In 1847 verscheen
Gontsjarovs eerste roman Een alledaagse geschiedenis (Obyknovennaja istoria) in
het tijdschrift Sovremennik ("Tijdgenoot"). Het werd goed ontvangen.
Literatuurcriticus Belinski roemde de natuurlijkheid van Gontsjarovs taal. Over
zijn reis naar Japan schreef hij "Het fregat Pallas", door
letterkundige Karel van het Reve een "meesterlijk reisboek" genoemd.
Verreweg het bekendste
werk van Gontsjarov is Oblomov. Oblomov wordt gerekend tot de klassieke
realistische romans uit de gouden periode van de negentiende-eeuwse Russische
literatuur. Het boek werd direct na verschijnen een succes. De Russische
minister van Onderwijs schreef over deze roman: "De held is een van die
door de natuur rijkelijk bedeelde, maar zorgeloze en luie naturen, die hun
leven doorbrengen zonder nut voor anderen en die er niet in slagen hun eigen
geluk te grijpen. De kwaliteiten van het boek liggen in de artistieke
uitvoering en de uitdieping van de details, waardoor het werk van de heer
Gontsjarov zich onderscheidt." Naar aanleiding van dit werk schreef
Dobroljoebov het boek Wat is oblomovisme?.
Het laatste bekende boek
van Gontsjarov is Het ravijn (Obryv), waaraan hij zo’n twintig jaar werkte. Het
verscheen in 1868 in
een tijdschrift en in 1870
in boekvorm. Hij noemde het zelf zijn beste boek, maar
de kritieken waren niet mals. Toergenjev was teleurgesteld: "Mijn haar
valt uit van verveling". Na "Het ravijn" heeft Gontsjarov weinig
meer gepubliceerd.
Karel van het Reve schreef
(in zijn Geschiedenis van de Russische literatuur) over Gontsjarovs werk:
"In bepaalde
dingen was hij een meester: gesprekken tussen heer en knecht, tussen bedienden
onderling; het gedrag van verliefden; eten; het leven van een huis: de
huishouding, het gepraat en gestommel. Helaas meende hij dat er in een
romanheld veel moest omgaan en dat dat vele verteld en door de held van
commentaar moet worden voorzien en bovendien nog eens van passend commentaar
moet worden voorzien door de auteur”.
Bibliografie: Romans
1836 Nymphodora Ivanovna.
(Anoniem gepubliceerd, in 1960 aan Gontsjarov toegeschreven.)
1847 Een alledaagse
geschiedenis
1848 Iwan Sawitsch
Podjabrin
1859 Oblomow
1869 Het ravijn
Titel: Oblomov
Auteur: I.A. Gontsjarov
Vertaling: Else Bukowska
Inleiding: N. van Wijk
Pagina's: 479
ISBN: 9028414673
Uitgeverij Wereldbibliotheek
Jaar van uitgave: 1859;
1882
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.