Recensie door Truusje
Uitgeverij Schrijverspunt
De zoektocht naar
een gevaarlijke formule
Ergens aan het begin van
juni 1002 na Chr., heeft Hertog Otto
besloten het voltallige personeel van kasteel Rosamund vrij te geven om, in de dom van Aken, de kroning bij te
wonen van Hendrik II tot koning van
Duitsland. Ook Armin, Gwende en Lotar hebben genoten van deze gebeurtenis en zijn danig onder de
indruk van alle feestelijkheden.
Omdat ze wees is, is
Gwende liefdevol door de Hertog geadopteerd. Ze werkt in de hofhouding op het
kasteel en is hem veel dank verschuldigd. Armin, eveneens wees, werkt er als
paardenjongen en hoopt in de toekomst de schildknaap te mogen worden van ridder
Arnulf, maar er is nog een kaper op
de kust. Als page is Lotar namelijk voorbestemd om schildknaap te worden. In
hun vrije tijd zijn de drie onafscheidelijk.
Na de plechtigheid wil
Gwende graag haar oom Altfrid
bezoeken die ook in de stad woont, maar eerst beklimmen ze de Domtoren. Wanneer
ze hem zien lopen snellen ze naar beneden. Tot hun grote schrik vinden ze
Altfrid gewond in de gewelven van de Dom. Met grote krachtsinspanning weet hij
haperend de drie vrienden te waarschuwen.
''Gwende herhaalde de woorden die Altfrid haar
influisterde hardop. 'Geheim... niet in handen van verkeerde... Je moet mijn
broer... Daar, daar...' Gwende, Armin en Lotar volgden de bibberende vinger van
Altfrid, die zijn arm nu van zijn borst had opgetild, deze uitstrekte en wees
naar een plek in de hoek van de ruimte.
'Natuurlijk,' fluisterde Gwende, terwijl ze opstond
en naar de aangeduide plek liep. 'Oom heeft mij dit vroeger laten zien. Hier
achter dit beeldje...' [...] Met een vloeiend gebaar haalde ze er een
opgevouwen perkament uit. Ze hield het in haar handen en liet het de jongens
zien. Een rode lakstempel verzegelde het.''
Frida,
waarvan iedereen denkt dat het een heks is, wordt erbij gehaald om voor de
gewonde, en inmiddels bewusteloze, magiër te zorgen en ze brengen hem naar zijn
huis. Zilma, de indianenjongen die
bij Altfrid woont, haalt het medicijnenboek en Frida probeert tevergeefs een
toverspreuk.
Zilma weet te vertellen
dat het geheim op het perkament een formule is van een Geheim Wapen. Ze
beseffen dat het veiliggesteld moet worden en niet in verkeerde handen mag
vallen. Samen met Rimmi het aapje en
Foetsie de slechtvalk gaat het
gezelschap met de bewusteloze magiër op weg naar Bendor, de zachtmoedige broer van Altfrid.
Zonder dat hij weet hoe
het kan gebeuren verandert Armin op de meest onverwachte momenten in een valk,
een rat of een mier. Dit biedt hem de mogelijkheid om de mensen goed te
observeren, maar het brengt hem ook in hachelijke situaties.
'Pal voor zijn snorharen zat een vadsige bruine rat
met een verrassend roze staart te knabbelen op een stuk wortel. Voordat de rat
hem kon gaan uitschelden ontblootte Armin zijn snijtanden en stiet een
vervaarlijk gegrom uit. Weg schoot zijn soortgenoot, de blubber in. Zelfs het
puntje van zijn roze staart zag er knalrood geschrokken uit. Dit is dus de
manier dacht Armin.'
Het perkament valt echter
in handen van een zwarte ruiter op een zwart paard. Wat volgt is een spannend
avontuur om de spion en het perkament op te sporen. Zilma en Armin komen in gevaarlijke
situaties terecht en een geheim genootschap van verschillende louche figuren,
die het niet goed met hen voor hebben, kruist hun pad. Uit onverwachte hoek
krijgen ze uiteindelijk hulp van een medestander.
Conclusie
Met een scherp oog voor
detail heeft de auteur een wonderlijk, spannend verhaal geschreven waar de
lezers van elke leeftijd van zullen genieten. De magische elementen lijken in
eerste instantie misschien wat té fantastisch, maar zorgen voor verrassende passages
die het geheel nóg meer spanning en inhoud geven.
De beschrijvingen van de
natuur zijn prachtig en het resultaat is allerminst kinderlijk te noemen. Heel
mooi zijn de beeldende zinnen en, niet te vergeten, de nodige humor.
Doordat het boek bestaat
uit kleine hoofdstukken, is de verleiding groot om nóg een hoofdstuk te lezen
en daarna nog een en daarna..... De plotwendingen houden je danig bij de leesles. Ondanks dat er vele personages de revue passeren is het niet moeilijk om het overzicht te behouden.
De diverse verhaallijnen die elkaar kruisen en volgen, maken het een mooi gelaagd verhaal.
De diverse verhaallijnen die elkaar kruisen en volgen, maken het een mooi gelaagd verhaal.
De personages zijn heel
goed uitgewerkt en geven het de broodnodige diepgang om je met hen te kunnen
identificeren. De passages waarin gevochten wordt en er slachtoffers vallen,
zijn nergens overdadig bloederig en gewelddadig. Maar spannend is het zeker.
Wanneer het verhaal zich
afspeelt in het land van de Vikingen, haakt het in op het eerder door de auteur
geschreven boek 'Vikingzoon'.
Met 'Armin, de paardenjongen' preludeert Knottnerus op drie nog te
verschijnen delen die tezamen een vierluik zullen vormen.
Dit boek - een prachtig
voorbeeld van een queeste - kan ook afzonderlijk gelezen worden, omdat het een
volledig verhaal is met een afgerond einde.
Ik heb het met veel
plezier gelezen. Het zal ongetwijfeld nog vele harten stelen en sneller doen
kloppen. Daar ben ik van overtuigd!!!
Wie is George? De
auteur stelt zichzelf voor
Lezen en schrijven zitten
in mijn bloed. Het één kan niet zonder het ander. Beide doe ik dan ook graag.
Naast het leven van een actief leven. Lezen of schrijven saai? – forget it.
Lezen is leven, en is zelfs superieur aan film kijken omdat het de inner world
bloot legt. Dat vind ik ook de uitdaging die ik aanga in het schrijven van
fictie – het openbaren van het gedachte, van het onbekende dat toch herkenbaar
is. (Her)ontdekken als het ware.
Tot nog toe publiceerde ik
5 romans en 1 novelle. Het manuscript voor de 6e roman is nu in bewerking.
Daarnaast schrijf ik non-fictie, columns, verhalen en gedichten.
Als piepjonge jongen
maakte ik van mijn omzwervingen door de natuur dagboeknotities. Vooral het
gedrag van vogels vond ik fascinerend. En hoe ze eruit zagen. Een veer zit
vernuftig in elkaar maar is tegelijkertijd een wonder van schoonheid. Dat onze
gevederde vrienden zingen is ook zoiets – hun gratis ochtendconcert in de lente
kan wedijveren (in je verbeelding) met Mozart en Händel. Deze input gebruik ik
nu in mijn boeken en reportages over de natuur.
Natuurlijk zijn mensen ook
een rijke inspiratiebron. Wat ze gemeen hebben, maar vooral ook de verschillen.
Tussen mannen en vrouwen, tussen karaktertypes en individuen. Over de vele
lagen in de psyche van de Homo Sapiens raak je nooit uitgeschreven. Met
geschreven observaties van mensen begon ik vroeg. Eind jaren zeventig stuurde
ik een paar stukjes naar Simon Carmiggelt. Zijn handgeschreven antwoord was
lovend en beschouwde ik als een enorme stimulans om door te gaan met schrijven.
Zowel klassieke als
eigentijdse auteurs inspireren mij. Jane Austen en Leo Tolstoj zou ik heel
graag spreken in het hiernamaals. In het nu zou ik graag Arnon Grunberg en Anna
Enquist ontmoeten.
Titel: Armin, de
paardenjongen
Auteur: George Knottnerus
Pagina's: 208
ISBN: 9789462662971
Uitgeverij Schrijverspunt
Verschenen: maart 2018
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.