Aldus Boek Compagnie
'Joey was een verteller. Dat werd me
die dag duidelijk'
[.....] 'Op een geestige en
onderhoudende manier
leidde hij me rond in zijn
wonderlijke wereld
waar ik sluipenderwijs verslaafd aan
raakte.
Het was duidelijk dat elk argument of
voorwendsel
om onderweg te zijn en vrij en zonder
bindingen
of verantwoordelijkheden rond te
trekken
voor hem even bruikbaar of
onbruikbaar was.'
'Joey schudde aan de
spijlen van mijn kooi'
Ontmoeting met een zwerver
Na een treinreis door Frankrijk en Spanje, belandt de naamloze protagonist (tevens de ik-verteller) in een goedkoop eethuis in Porto, waar hij de iets jongere Joey Deville ontmoet.
'Al snel werd me die dag duidelijk dat hij een
jongen was die dacht en leefde op een manier die mij onbekend was en me
onmiddellijk intrigeerde. De laatste jaren had hij in Griekenland, Portugal en
Spanje rondgetrokken, met af en toe via Gibraltar een oversteek naar Tanger, en
verder langs de kust of door het Atlasgebergte naar het zuiden. Hij kwam altijd
wel mensen tegen bij wie hij een nacht of langer kon blijven, in Porto evengoed
als in Tanger of Amsterdam. In Amsterdam had hij zich het langst opgehouden.
Van wonen was eigenlijk nooit sprake geweest. Tot zijn twaalfde misschien. Het
sedentaire leven trok hem niet aan.'
De volgende dag hebben ze
weer afgesproken en na een poosje doet de ik-figuur Joey het voorstel om een
paar weken samen door Portugal te
trekken. Dat is het moment dat er een jarenlange vriendschap ontstaat. Een
vriendschap echter, die inhoudt dat ze elkaar soms perioden niet tegen zullen
komen.
Onderweg vertelt Joey dat
hij al op twaalfjarige leeftijd van huis is weggelopen, maar al snel weer opgepakt
werd en thuis afgeleverd. Toch verdween hij weer, maar wederom werd hij
opgepakt en ditmaal belandde hij in een tehuis.
Toen hij eenmaal zestien
was mocht hij vertrekken, kwam in Spanje en
trok te voet de Pyreneeën door.
Onderweg verdiende hij de kost met het her en der verrichten van klusjes. Door
een klus op een jachthaven krijgt hij de kans om mee te varen naar Gibraltar en zwerft hij verder naar Afghanistan. Onderweg sluit hij vluchtige
vriendschappen, reist stukjes mee, krijgt van tijd tot tijd onderdak en een
maaltijd.
Eenmaal terug in Porto verdwijnt Joey alsof hij nooit
heeft bestaan. Hij krijgt nog net mee dat zijn nieuwe vriend hem vertelt in
Antwerpen te wonen.
'Zijn geest had zich al losgemaakt en leek op te
stijgen naar andere oorden. Het was of hij geen tijd meer te verliezen had. [.....]
Ik was er zeker van dat ik hem nooit zou terugzien. [.....] Hij was verweven met
zijn eigen mysterie en scheen de kunst van het loslaten volledig te beheersen,
geen bindingen, niets om naar uit of naar om te kijken. [.....].'
Op zoek naar Siti
Jaren later duikt Joey
plotseling op in Antwerpen, maar na
verloop van tijd verdwijnt hij toch weer van het toneel. Bij toeval komt de ik-figuur
op het spoor van Noor Deville, een
tante die nu in Amsterdam woont en
Joey destijds vanuit Indonesië naar Nederland heeft gebracht, om geweld en
aanslagen op blanke en lichtgetinte mensen te ontvluchten. Joey's moeder, Siti Sudjono, is al jaren niet meer in
beeld en Noor vraagt de ik-figuur om haar op te sporen, waarbij ze aangeeft
voor alle kosten te zullen opdraaien.
De ik-figuur reist af naar
Bintang, in De Gordel van Smaragd, en de Orang
blanda* gaat op zoek naar Siti - in de hoop dat ze nog leeft - en de roots
van Joey.
Zal hij Siti Sudjono
uiteindelijk vinden?
Hij besluit in ieder geval om ook het spoor van Joey te gaan volgen. Je kunt je tijdens het lezen afvragen of hij niet ook op zoek is naar zichzelf.
Hij besluit in ieder geval om ook het spoor van Joey te gaan volgen. Je kunt je tijdens het lezen afvragen of hij niet ook op zoek is naar zichzelf.
'Een vredige dag. Hier had ik naar uitgekeken. Kalm
ging ik op mijn doel af. Met wat geluk zou ik Joey weten te vinden. Maar niets
stond vast. Hij kon ook onderweg zijn naar Hampi of Hubli, precies op ditzelfde
moment de Straat van Gibraltar oversteken, of ergens in Nederland of Denemarken
in de bajes zitten. Hij kon ook rondhangen langs de kust van Goa. De kans dat
ik hem zou vinden, leek me toch redelijk groot. Ik was ontspannen, had niets te
verliezen of te winnen. Mocht ik hem mislopen dan brak spoedig het moment aan
om zonder doel alleen verder te gaan. Het maakte dan niet meer uit welke kant
ik opging, al zou ik er op den duur toch voor kiezen om over land terug te gaan
naar het westen, om er in mijn stulp in het Viskwartier achter te komen wat ik
hierna met mijn leven wilde.'
Spel van troost
Spel van troost is de naam van een ritueel gebruik in een
dorp aan het Posomeer in Sulawesi Tengah. Wanneer er iemand is
overleden gaan familie en vrienden in een kring om de opgebaarde zitten.
Ze zijn onderling verbonden met een dunne draad, waarlangs ze een ring naar
elkaar doorschuiven. Een persoon buiten de kring moet, na het doorschuiven,
raden wie de ring in zijn hand heeft.
De hele
nacht wordt het lied Djondjo Awa
gezongen; de ziel van de dode gaat op reis en wordt door het gezang begeleid
tot aan de rivier die de scheiding vormt tussen het aardse bestaan en het leven
in het land van de voorouders. Het symboliseert, met een ontroerende eenvoud,
het cyclische verloop der dingen.
Schrijfstijl en waardering
Het boek is opgedeeld in
vier delen die weer zijn onderverdeeld in hoofdstukken en laat zich lezen als
een queeste. Het reisverhaal rept met
een sneltreinvaart voort, is bijzonder levendig en door het ontbreken van
alinea's zijn er weinig rustmomenten ingebouwd. Alsof het boek in één adem is
geschreven en ook zo gelezen zou moeten worden.
Hieruit is af te lezen dat
het een schrijfstijl betreft à la 'On the
road' van Jack Kerouac. Deze
auteur behoorde tot de zogenaamde Beatschrijvers**
die deze literaire vorm hanteerden samen met een levensstijl van individuele vrijheid.
Ook Joey - en de ik-figuur
misschien tegen wil en dank - heeft deze levensstijl en kan hier tot deze Beat Generation gerekend worden
De personages van Joey en
de ik-figuur worden psychologisch mooi uitgewerkt en gaan de diepte in. Als
lezer laveer je mee met de zielenroerselen die hen bezighouden.
De ik-figuur is steeds
onderweg. Veel, heel veel, kleurrijke personages passeren de revue tijdens zijn
reis. Snel geïntroduceerd en, uitgezonderd enkele minder vluchtige
ontmoetingen, verdwijnen ze minstens zo snel weer van het toneel.
Sommige ontmoetingen
bieden hem verbondenheid, maar uiteindelijk bindt hij zich nooit. Hij maakt
kennis met het ascetische leven, meditatie en oefeningen, en hij vindt zijn
levensles: Dat er meer uit het leven valt te halen met weinig, dan met veel
geld.
'Ik kon als ik wilde de volgende morgen terugkomen
en oefenen met Rashid. Een mooie kop had de meester, halflang zwart haar,
sprankelende ogen. Het was nauwelijks te bevatten dat hij zijn stem had
verdoemd. Voor mij was de stem het instrument van de geest. Het zwijgen hoorde
volgens Rashid bij een ascetisch leven. Onthechting en fysieke training konden
leiden tot emancipation from pain and suffering. Zelf was hij ervan overtuigd
dat hij slaagde in alles wat hij ondernam als hij maar elke dag voor zonsopgang
een bad nam, mediteerde, en zijn oefeningen deed. [.....] Ik kwam erachter dat
elke houding die ik instudeerde een soort gevangenschap was, en de kunst was nu
om in die gevangenschap vrij te zijn, en alle verzet op te geven.'
Al lezende reis je met de
hoofdpersoon mee. De beschrijvingen zijn zeer gedetailleerd, zonder dat het een
gevoel geeft van overbodige opsommingen. De reis is voelbaar, zichtbaar doordat
het als het ware op je netvlies wordt geprojecteerd.
De tekst is gelardeerd met
de woorden, gewoontes en tradities van de landen die de ik-figuur doorkruist. Op een enkele uitzondering na, is
het verhaal verstoken van dialoog.
De schrijfstijl wisselt op een natuurlijke manier met
de omstandigheden mee, soms sober, onderkoeld en kort, om op een volgend
moment te transformeren tot poëtische en prachtige lange zinnen, die het verdienen om met aandacht gelezen te worden en goed in je op te nemen.
Misschien zou het verhaal
op enkele momenten wat te lang(-dradig) kunnen lijken, maar mij boeide het op
overtuigende wijze tot ik de laatste bladzijde had omgeslagen. Heel erg mooi!
‘Ik zoek de wervelingen van het leven,
metamorfoses. De drang naar houvast heb ik nooit zo gehad. Thuisgevoel ken ik
niet. Zelfs als iets goed loopt, stap ik er gerust uit. Voor mij telt het
moment. De poëzie zit in de directe ervaring.'
Robert Vacher is geboren in Breda.
Hij publiceerde in een aantal tijdschriften en debuteerde in 1988 met de roman 'Grensgebieden'. Later volgden in 1992 de verhalenbundel 'Vrije Val' en in 2001 de reisroman 'Kai'.
'Groene Vader' is zijn tweede samenwerkingsverband met Tomás de Faoite en in 1998 heeft hij 'Dust' vertaald.
'Groene Vader' is zijn tweede samenwerkingsverband met Tomás de Faoite en in 1998 heeft hij 'Dust' vertaald.
Notes
Orang blanda*: Nederlander
Beatschrijvers**:
Losse groep van
Amerikaanse dichters en romanciers schrijvend in de tweede helft van de jaren
50 van de twintigste eeuw en verenigd door een gemeenschappelijke levensvisie.
De beat-schrijvers revolteerden tegen de maatschappij, de politiek, tegen elk
intellectualisme en tegen alle morele en culturele waarden. Ze streefden een
ongebreidelde zelfrealisatie en zelfexpressie na, en dat via druggebruik,
religieuze experimenten, jazzmuziek, vrije seks en een sensatievolle
bohémien-levensstijl. Belangrijke beats waren Allen Ginsberg (‘Howl’, 1955),
William Burroughs en Jack Kerouac, wiens On
the Road uit 1957 de bijbel van de beatgeneratie genoemd
wordt. De beweging kende geen lang bestaan, maar oefende toch een aanzienlijke
invloed uit op vele schrijvers in de jaren 50 en 60.
Titel: 'Spel van troost'
Auteur: Robert Vacher
Eerder uitgegeven als:
'Kai'
Genre: Literaire roman
Pagina's: 382
ISBN: 9879082501148
Uitgeverij: Aldus Boek
Compagnie
Verschenen: 22 februari 2018
Hoe interessant: een hedendaagse roman die de Beat Generation memoreert... Mag ik dit verband ook Herman Hesse (Siddharta, De steppenwolf, Demian) vermelden, de auteur met wie de auteurs van de Beat Generation zich graag (en uitdrukkelijk) identificeerden, vooral vanwege zijn antiburgerlijke stellingnames.
BeantwoordenVerwijderenGoede, intrigerende recensie! Ik heb dit boek meteen op mijn verlanglijst gezet... met stip!
Dank je wel, Robert. Fijn dat mijn schrijfsels je nieuwsgierig maken naar deze verse titel. Mooie aanvulling om Herman Hesse te noemen als Beat Generation inspiratie. Dat is altijd het 'vervelende' met boeken......ze leiden je altijd weer naar andere titels die je op je lijst gaat zetten. ;-)
VerwijderenAch, over Hermann Hesse, hippie avant la lettre, zou ik lang kunnen doorbomen, maar ga ik niet doen. Toch enkele weetjes: de rockgroep Steppenwolf ontleende haar naam aan Hesses beroemde roman, en "On the road" van Jack Kerouac verwijst naar "Am Weg", een verhalenbundel van Hermann Hesse uit 1915. En nu hou ik erover op voor ik vervelend word -;).
VerwijderenVervelend vind ik dit echt niet. Literaire kennis kun je niet genoeg krijgen. ;-)
VerwijderenInteressante weetjes. Ik zou de band Steppenwolf nooit gelinkt hebben aan Hesse!
Interessante aanvulling Robert, van Herman Hesse wil ik Narziss en Goldmund lezen, dat wordt de eerste. Wie weet volgen er meer na jouw info.
BeantwoordenVerwijderenJa, Narziss en Goldmund staat ook nog op mijn lijstje, maar die moet ik nog ergens opsnorren.
BeantwoordenVerwijderen