dinsdag 13 februari 2018

Haruki Marukami-Waarover ik praat wanneer ik over hardlopen praat

Recensie van Roosje
Uitgever Atlas Contact


Het leven is hardlopen, onder andere.....



‘Ik hou er niet van om te veel over mezelf te vertellen, maar als ik anderzijds niet eerlijk vertel wat er te vertellen valt, heeft het schrijven van een boek als dit niet veel zin en had ik me net zo goed de moeite kunnen besparen [....]. 
Ik zie dit boek als een soort ‘memoires’. Het zou overdreven zijn om het een autobiografie te noemen, maar je kunt het ook bezwaarlijk bestempelen als louter essays. [...] ik wilde, met ‘hardlopen’ als centraal gegeven, voor mezelf nagaan hoe ik gedurende deze kwarteeuw geleefd heb, als romancier en als een ‘mens zoals je er overal wel aantreft.’ In hoeverre een romanschrijver bij de romans zelf moet blijven en hoeveel hij zijn eigen stem in het openbaar moet laten horen, is iets wat ongetwijfeld varieert van persoon tot persoon en niet algemeen vastgelegd kan worden.’ (2009: 200-201)

Introvert

Jeetje, dat is echt wel een statement waarvan ik altijd al gedacht heb dat dat precies bij de mens Murakami past: bescheiden en er weinig behoefte aan hebbend om op de voorgrond te treden. In flagrante tegenstelling tot de klepper van Onno Blom over leven en werk van Jan Wolkers, die ik ook aan het lezen ben. Een groter contrast is bijna niet mogelijk. Voor de extroverte Wolkers was zijn hele leven kunst, zo’n beetje zijn complete leven wilde hij de wereld in slingeren.

En jammer genoeg, is deze introverte houding van Murakami, die ik hem natuurlijk niet kwalijk neem, in zijn hardloopboek, heel consistent, terug te vinden. Hij schrijft nauwgezet over het hardlopen, dat een soort van metafoor voor zijn leven is, over Japan en de USA, waar hij afwisselend woont, over het schrijven. Maar heel erg meeslepend vind ik het niet. En ook dat is niet erg, want het is echt geen slecht boek en op sommige punten ook erg goed.  

Mijn verwachting was echter een andere. Ik ben nogal verzot op de romans en verhalen van Murakami en zelfs zo erg dat ik niet kan kiezen welke boek ik zijn beste vind. Ze zitten vol fantasieën of halve fantasieën, dromen, gedachtes, verschijningen, pratende dieren, dubbele werkelijkheden, geheimen, schuchtere mannen, zelfverzekerde vrouwen, etc. In dit boek over hardlopen zit wél een schuchtere man: Murakami zelf.

Endorfine en mystiek

Zelf loop ik ook hard, nou ja, een soort van. Net niet zo lang als de Japanse schrijver zelf, maar ik kom in de richting. Ik zeg altijd gekscherend dat ik voor hardlopen geen enkel talent heb en ik ben niet te bescheiden als ik zeg dat dat werkelijk zo is.
Maar met Murakami kan ik zeggen: hardlopen levert je een heleboel op. Vermoedelijk een gezonder leven, maar het gekke is natuurlijk dat je dat niet kunt beoordelen, want je weet niet hoe je leven zou zijn als je niet zou hardlopen.

Hardlopen levert je ook op dat je een ander lichaamsbesef krijgt, zeker als je wat ouder wordt en wellicht ook wat fysieke mankementen krijgt. Het nare besef is dat je lichaam niet alles kan, of niet alles meer kan. Het fijne besef is dat je lichaam veel meer kan dan je aanvankelijk dacht of ooit gedacht had. Heel treffend beschrijft Murakami dat als hij verslag doet van zijn ultraloop van 100 km. Hij is een marathonloper, ieder jaar één - mijn grootste prestaties zijn een paar halve en die liggen al een tijdje achter me - en 100 km is meer dan twee keer de marathonafstand. Dat is bijna niet voor te stellen. De ervaring dat je lichaam veel meer kan dan je dacht of misschien zelfs ooit voor mogelijk hebt gehouden. Die ervaring gaat samen met een beleving in je hoofd, vermoedelijk onder invloed van lichaamseigen dopamine en/of endorfine - die twee stoffen haal ik altijd door elkaar -: een haast mystiek gevoel van onthechting en heel diep verankerd zijn in het hier en nu:

‘Ik deed mijn best om de wereld waarvan ik me bewust was zo eng mogelijk te begrenzen. Ik lette alleen op de drie meter wegdek voor me, van de rest had ik geen besef. Mijn voorlopige wereld eindigde drie meter verderop. Ik hoefde niet te denken aan het vervolg. De lucht, de wind, het gras, de koeien die dat gras kauwden, de toeschouwers, de aanmoedigingen, het meer, romans, de waarheid, het verleden, het geheugen, het had niets meer met mij te maken. Mijn voeten tot aan het punt drie meter verder brengen - dat was mijn enige, nietige bestaansreden als mens, of nee, als machine.’ (ibidem: 130-131).

Hersenspinsel

Beperking blijkt helemaal geen beperking te zijn, maar juist een uitbreiding van je beleving, door sommigen diepzinnig verwoord als ‘diving deep into the now’. Een gedachte die ik me heel plastisch voorstel als een duik van een hoge duikplank in het zwembad van het ‘now’. Heel diep in mij zit een herinnering aan een verhaal van Mulisch in Voer voor psychologen van een man die een duik doet en terecht komt in een andere werkelijkheid, misschien wel de separate reality van Carlos Castaneda en daar zijn we dan weer terug bij de drugs. Ik moet toegeven dat is een heel hersenspinsel van mijn kant, maar zo werken die dingen. En zo werken die dingen ook onder het hardlopen en vooral onder het hardlopen als je geen zin meer hebt - tijdens en lange duurloop of tijdens een wedstrijd - of als je moe wordt of als je benen aanvoelen als betonnen palen.
Wat die machine betreft, ben ik het denk ik niet eens met Murakami, het is juist het levende lichaam dat daartoe in staat is; een machine kan nooit over zijn grenzen gaan, een mens wel.

‘On the road’

De negen hoofdstukken uit dit boek zijn al eens eerder als afzonderlijke artikelen geplaatst in de jaren 2005-2006. Je komt het een en ander van hem te weten: wat hij deed voor hij ging schrijven - een jazzcafé runnen -, hoe hij plotseling ging schrijven, hoe hij gezonder ging leven, hoe hij ging sporten. Over Murakami’s eerste boeken had ik de anekdote gehoord dat hij die eerst in het Engels had geschreven en daarna vertaald had naar het Japans, en dat daar die specifieke stijl van hem vandaan komt. Daar rept hij hier niet van, dus misschien is het gewoon een onzin-verhaal, een broodje aap..

Murakami lijkt het type ‘doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg’:  een introverte en bescheiden man. Maar die hebben over het algemeen wel heel diepe gronden: lees zijn verhalen en romans.
Alleszins de moeite waard te lezen is dit boek, ook al doe je zelf niet aan hardlopen. Wie weet krijg je zelf wel zin om ‘on the road’ te gaan, of het bos in, dat kan ook natuurlijk.



Auteur: Haruki Murakami
Titel: Waarover ik praat als ik over hardlopen praat
Uitgever: Atlas Contact
204 pagina's
Vertaald door Luk van Haute
Jaar van uitgave 2007/ 2015 - 12e druk
ISBN: 9789025445386
Categorie: Literaire roman

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.