Recensie
van Roosje
Uitgeverij De Bezige Bij
Leven en dood zijn ernstige zaken*
‘Je hebt eigenlijk alleen maar eeuwigheid’
(Wolkers tegen Hella Haasse)
De
biografie van Onno Blom over Jan Wolkers heeft me behoorlijk wat leestijd
gekost. Niet omdat het moeilijk te lezen is en ook niet zozeer omdat het een
knuistdik boek is, maar omdat je de hoeveelheid moddervet vitalisme dat Wolkers
als mens en kunstenaar typeert, moet portioneren.
Het
lezen van biografieën is sowieso geen sinecure. Het schrijven van een recensie
daarover evenmin. Het is een proces van slow
reading. Wat moet je nu eigenlijk opmerken over een leven van een
persoon, een bekend persoon? Enerzijds word je meegesleept in het levensverhaal
van iemand, die meestal al dood is, anderzijds moet je je afvragen wat je vindt
van het geschrevene. Is er iets dat je mist? Is er iets dat je ook had willen
weten, en als dat zo is, is dat wel van belang?
Levensles
Ik
lees graag biografieën om dat het levens beschrijft van mensen, afgeronde
levens, en daarmee lijkt het alsof je het leven van een mens kunt overzien en
in zekere zin waarderen en er misschien een levensles voor jezelf uit kunt
halen. Dat hoeft niet per se en misschien klinkt de term ‘levensles’ veel
zwaarder dan ik het bedoel. Het leven van iemand, dat klaar is, kan je wel een
zeker inzicht verschaffen in je eigen leven. Zo ervaar ik het wel een beetje.
Jan
Wolkers.... bij inventarisatie bleek dat ik veel werk van hem gelezen heb;
alleen de laatste romans niet meer. Ik ben begonnen met de bundels Serpentina’s petticoat en Gesponnen suiker en met de roman Kort Amerikaans, die ik nog steeds één van
zijn beste vind. Dat is heel lang geleden. Eerlijk gezegd had ik wel een beetje
moeite met zijn unferfroren uitingen van
het lichamelijke. Niet zo zeer de seks, maar de andere dingen over ‘s mensens lichamelijkheid. Ik zie hierin ook mijn eigen bekrompenheid, dat dan ook wel
weer. Het loont altijd even goed in de spiegel te kijken.
‘Seks was voor Wolkers de natuurlijke tegenhanger van
de dood. Eros en Thanatos slingeren zich in zijn leven en werk als twee slangen
om elkaar heen.’
Jan
Wolkers... zijn beeld als naakte Poseidoon op Rottumerplaat tijdens de
VARA-uitzendingen. Nou ja, die uitzendingen waren op de radio, maar de foto’s
werden later gepubliceerd. In die tijd joeg dat vitalistische en masculiene
beeld van Wolkers me wel schrik aan. Nu kan ik hem daarin veel meer waarderen.
‘‘Waarom schrijft u?’
‘Uit doodsangst.’’
Jan
Wolkers... die vertelt over zijn tuin op Texel en de natuur, die ons altijd
weer boeit; de lieve opa haast met zijn wijd uitstaande witte haren en zijn zo
eigen lijzige stem. De verwondering ook van dat beeld, de transformatie van
zeegod naar haast lieve oude man.
‘Voor Wolkers is de natuur altijd zijn belangrijkste
bron gebleven.’
https://onh.nl/verhaal/jan-wolkers-verliefd-op-texel |
Orfeus
Onno
Blom kon putten voor zijn biografie uit het archief van Wolkers zelf, een heel
groot archief van onder andere dagboeken, brieven, bandopnames, foto’s, etc.
Tot de geboorte van de tweeling Bob en Tom hield hij ongeveer dagelijks een
dagboek bij. Blom heeft ook vele gesprekken gevoerd met Wolkers, Karina en
andere mensen.
Ik
vroeg me wel af hoe het is als biograaf om diegene en diens echtgenote/weduwe
heel goed te kennen. Ik zou me daar misschien ongemakkelijk onder voelen.
Anderzijds is het wel zo dat je iemand op die manier heel goed leert kennen.
Ik
wist tevoren dat zijn broer in de oorlog was overleden en dat hem dat erg had
aangegrepen.
‘De dood van zijn broer Gerrit van Wolkers’ Lebak (rdv:
zie Max Havelaar van Multatuli). ‘Zo'n
verschrikkelijke ervaring geeft je de schok dat het inderdaad ook met jou zo
afgelopen kan zijn, dus je moet iets achterlaten, een teken van je bestaan.’
Ik
wist ook dat hij zijn dochtertje op jonge leeftijd was verloren maar ik wist
niet precies hoe dat zat; een ‘noodlottig ongeval’ flikkerde er op aan de
binnenkant van mijn hoofd. Nu pas realiseer ik me ten volle dat Wolkers als
Orfeus de onderwereld binnengaat op zoek naar zijn geliefden. Ik wist niet dat
een jonger zusje van hem vlak na zijn broer Gerrit was doodgegaan. Met haar had
Wolkers veel minder op.
Nu begrijp ik ook dat het hebben van seks een manier is om de dood te bestrijden,
althans het idee te hebben dat je hem daarmee bestrijdt. In een
bohemien-gemeenschap is seks sowieso een uiting waarmee men zich afzet tegen
burgerlijke waarden en normen.
Wat
mij in Kort Amerikaans trof was de
ongelooflijke kwetsbaarheid van de hoofdpersoon en zijn intense eenzaamheid.
‘Jan Wolkers wilde de waarheid zijn wil opleggen. In
zijn werk heeft hij het leven willen bezweren.’
Fictie is fictie
Blom
laat voortdurend zien hoe leven en werk, met name de romans en verhalen,
samenhangen, maar niet alles wat in Wolkers’ boeken staat is autobiografisch
en/of is precies op die wijze gebeurd. Dat is een beetje verwarrend. Maar er is
altijd grote verwarring over fictie en de autobiografie van de auteur. Mijn
standpunt hierin is altijd: fictie is fictie en mij boeit het niet in hoeverre
die biografisch is. Ik begrijp wel dat je in een biografie wel degelijk iets
zeggen moet over die relatie. Wolkers gebruikte veel eigen belevenissen en
gevoelens in zijn romans en verhalen. Het eigen leven is natuurlijk altijd een
rijke bron om uit te putten, anderzijds hielp het bij Wolkers in zijn rol als
Orfeus als dodenopwekker. En het werkte natuurlijk therapeutisch, al vind ik
dat bijna een naar begrip, een echte ‘dooddoener’.
‘Wolkers zag er niet tegenop om ook in interviews de
waarheid naar zijn hand te zetten. Toen zijn roman De kus in 1977 op hard kritiek werd onthaald, beriep hij
zich op de werkelijkheid achter zijn literaire werk. Maar die werkelijkheid
verzon hij. Een paradox.’
Beeldend
kunstenaar was Wolkers ook natuurlijk. Ik heb het idee dat de aandacht voor het
beeldend deel een klein beetje onderdoet voor zijn romans. Het kan ook zijn dat
ik dat zo ervaar. In mijn beleving is Wolkers vooral een schrijver want zo ken
ik hem het best.
‘Bij nadere beschouwing zien we tussen zijn literaire
en beeldende werk ook in de vorm een sterke gelijkenis. [...] Ze vertonen
dezelfde combinatie van een strenge, calvinistische kadrering en een exuberante
stijl.’
Wolkers
was extrovert en niet terughoudend in zijn uitingen. Dat hij daarmee mensen
tegen de schenen schopte, ook recensenten van zijn romans, daarvan was hij zich
bewust en zijn stoutmoedigheid is bewonderenswaardig, vind ik nu.
Zijn
leven was de kunst en de kunst zijn leven, alles in dienst van de kunst; die
opvattingen zijn bij heel veel kunstenaars te vinden. Het is die overgave en
die moed die ik in kunstenaars bewonder. Het doel in hun leven is duidelijk.
‘Kunst is het maken van dooie dingen.'
Vroeger
meende ik dat Wolkers een hekel had aan zijn gereformeerde vader en aan zijn
gereformeerde opvoeding. Dat is niet zo. Hij head een ingewikkelde relatie met
zijn vader, maar hield wel van hem.
Ik
miste wel Wolkers verhouding met zijn andere broertjes en zusjes. De oudsten,
met hen ging hij om, maar met de jongsten blijkbaar niet of was daar weinig
over te vertellen. Ik realiseerde me hoe het is om in zo’n groot gezin op te
groeien en in armoede. Arme moeder van Wolkers, die ook nog zulke ondernemende
doerakken van zoons had, die god noch gebod kenden.
Van
mij hadden er nog meer foto’s in mogen staan.
Deze
biografie heeft zeker bijgedragen tot een omvattender begrip van Wolkers als
mens, als romancier en iets minder van Wolkers als beeldend kunstenaar, dat
deel had best groter mogen zijn van mij, maar daar kun je over twisten.
Misschien zou het boek te groot zijn geworden, maar Blom had ervoor kunnen
kiezen meerdere delen te schrijven, zoals bijvoorbeeld Nop Maas heeft gedaan
bij Van het Reve.
De
titel: Het litteken van de dood. Wolkers had op zijn gezicht een klein vlekje,
een soort Kaïnsteken, vond hij zelf, dat hij waarschijnlijk had opgelopen door
een lekkende kroepketel in zijn wiegje. Kroep is een vorm van benauwdheid bij
baby’s en kleine kinderen; daartegen werd hete stoom gebruikt om het ademen te
verlichten. Hij zelf had eveneens de dood in de ogen gekeken.
Had
ik al gezegd dat Onno Blom een zeer vlotte pen heeft? Zijn schrijfstijl kan
niemand weerhouden deze biografie te lezen.
Lees
dit boek!
*Een
zin uit een aansporing die gebruikt wordt tijdens een sesshin = meerdaagse
zenmeditatie.
Over Onno Blom
Onno
Philip (Onno) Blom (Leiden, 1 september 1969) is een Nederlandse auteur,
literair recensent en freelance journalist. Hij studeerde in 1994 cum laude af
in de Nederlandse taal- en letterkunde en Culturele Studies aan de Universiteit
van Amsterdam.
In
2007 begon Blom met het werken aan een biografie van Jan Wolkers, die hemzelf
in zijn laatste levensjaar min of meer als zijn toekomstige biograaf had
aangesteld. Dit resulteerde eerst in 2008 met Zo is het genoeg. Het laatste
jaar van Jan Wolkers. Ondertussen werkte Blom door aan de biografie. Sinds 2015
had Blom een wekelijkse column in de Volkskrant, waarin hij verslag deed van
zijn bevindingen tijdens het schrijfproces. In oktober 2017 beëindigde deze
column en promoveerde Blom op zijn biografie Het
litteken van de dood. Enkele maanden eerder had de promotiecommissie een
eerdere versie van het proefschrift geweigerd, maar nadat de decaan van de
faculteit van de Leidse universiteit de commissie op een lid na had vervangen,
kon Blom later dat jaar alsnog promoveren; de definitieve versie van het
proefschrift bevatte een langere verantwoording en het proefschrift was met een
kwart ingekort.
Onno
Blom - Het litteken van de dood.
De
biografie van Jan Wolkers
Uitgever:
De Bezige Bij
1168
pagina's
1e
druk oktober 2017
ISBN: 9789023454588
Literatuur
& Romans Literaire non-fictie
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.