Bespreking door Tea
van Lierop
G.A. van Oorschot
Meesterlijk verhaal
met duivelse streken
Eerst is er de
beginpassage waarin twee burgers, redacteur Berlioz en dichter Ivan
worden aangesproken door een vreemdeling met voorspellende gaven. De
twee heren hadden zojuist een discussie over het wel of niet bestaan
van Jezus en deze vreemdeling beweert dat hij met Emmanuel Kant* aan
het ontbijt gezeten heeft, dat hij leefde in de tijd dat Jezus veroordeeld werd en Pontius Pilatus
terecht kwam in een tweestrijd bij het maken van het vonnis. Duizelingwekkende dialogen
en bizarre gebeurtenissen volgen elkaar nu op.
Niets is wat het
lijkt en dat maakt van deze roman een bijzonder verhaal. Er
wordt razendsnel geschakeld van de ene plaats naar de andere. Boelgakov maakt in zijn roman gebruik van de namen zoals die vóór de Sovjetperiode bestonden. De vijver uit de openingspassage wordt de Patriarchvijver genoemd, terwijl in de tijd dat de roman geschreven werd de naam veranderd was in Pioniersvijvers (meervoud, omdat er vroeger drie vijvers waren) Achterin het boek staat een flink aantal noten
naar zaken waarnaar verwezen wordt, vaak kunst, maar ook
bijzonderheden die het regime betreffen.
Wat is er aan de
hand? De duivel komt in eigen persoon naar Moskou en maakt samen met
zijn trawanten de stad onveilig. Het typoscript van de auteur, die
in zijn boek een geheel andere variatie schreef op het leven van
Pontius Pilatus, wordt afgewezen door de uitgeverijen. Daarop
verbrandt hij bijna het gehele afgekeurde werk en wordt hij
opgenomen in een psychiatrische kliniek, waar ook dichter Ivan
opgesloten zit. Margarita, de geliefde van de naamloze schrijver, is
voor de duivel niet bang en sluit zich aan bij het satanisch
gezelschap om haar meester vrij te krijgen. Een bonte vertelling van
de meest bizarre gebeurtenissen maakt het verhaal spannend, amusant
en geeft ook een inkijkje op het functioneren van de bureaucratie in
de tijd waarin de roman zich afspeelt.
Duivel Woland loopt
onuitgenodigd binnen waar hij wil met in zijn kielzog Korovjef –
een individu met wissende identiteit maar meestal met geruit vest –
en een enorme zwarte kater.
‘Maar het bleek er in de slaapkamer nog beroerder voor te staan: op de poef van de juweliersvrouw lag in nonchalante pose een derde bezoeker – een zwarte kater van griezelige afmetingen, met in de ene poot een glas wodka en in de andere een vork, waaraan hij kans gezien had een gemarineerde paddenstoel te prikken.’ (1997-91)
Deze kater met de
welluidende naam Behemoth is door en door slecht, hij schroomt niet om de boel in de fik te zetten en onthoofden kan hij ook.
Verder is hij behoorlijk veerkrachtig, een kogel meer of minder deert
hem niet, met een slok benzine is hij zo weer de oude. Zijn naam
ontleent hij aan een reusachtig beest genoemd in het Bijbelboek Job.
(Job 40:10-19 Statenvertaling)
Behemoth en Leviathan, gravure van William Blake |
Een ander duivels
personage is een vrouw met de naam Hella, een vrouwelijke vampier.
Haar eerste optreden in het verhaal doet ze helemaal naakt. De
roodharige vrouw met de vurig fosforescerende ogen kust de hard
gestrafte administrateur van het Variété Theater en maakt hem zo
tot vampier.
In het Variété
Theater gebeuren wonderlijke zaken. Woland en zijn clan geven een
show van zwarte magie. Een persoon wordt onthoofd en een grote
graaipartij in luxe kleding en juwelen ontaardt in chaos en
ontmaskering. Al deze zaken hebben een betekenis, niet alleen de
namen, maar ook de decadente show. Tijdens de show wordt een
hooggeplaatste van de schouwburg te kijk gezet als
schuinsmarcheerder.
Het boek bestaat uit
twee delen, in het eerste deel heeft Margarita nog geen naam, ze is
de naamloze minnares van de schrijver. In deel twee maakt ze kennis
met Azazello, ook een lid van de duivelse groep, en sluit zich bij
hen aan, ze wordt een heks met alles erop en eraan, over vliegende
vaart gesproken...
De vele dialogen
maken het boek sprankelend leesbaar, je hoort in feite de personages
spreken vanuit hun positie en dat maakt ze bijna tot personen, hoewel
het personages blijven natuurlijk. Maar voor het verhaal is het een
aanwinst, ook al omdat ze zo uitgebreid beschreven worden.
Dit prachtige
liefdesverhaal met twee andere zeer mooie verhaallijnen heb ik met
veel plezier en bewondering gelezen. De afwisseling van dialogen,
hallucinaties, dromen en spektakel maken dit boek tot een ervaring in
plaats van een lezing.
Voor wie tijdens het lezen niet alles zelf wil opzoeken is er een erg behulpzame en uitgebreide site waarop alles te vinden is over de roman en de auteur.
Voor wie tijdens het lezen niet alles zelf wil opzoeken is er een erg behulpzame en uitgebreide site waarop alles te vinden is over de roman en de auteur.
*Immanuel Kant
(Koningsbergen, Pruisen, 22 april 1724 - aldaar, 12 februari 1804)
was een Duitse filosoof ten tijde van de Verlichting, wiens ideeën
een grote invloed hebben uitgeoefend op de westerse wijsbegeerte.
Kant wordt wel gezien als de eerste Duitse idealist. Zijn Kritik
der reinen Vernunft uit 1781, waarin hij de grondslagen en de
grenzen van de menselijke kennis onderzoekt en een eigen
epistemologie creëert, wordt als zijn belangrijkste werk beschouwd.
De filosoof Arthur Schopenhauer noemde dit werk 'het belangrijkste
boek dat ooit in Europa verschenen is'. (bron)
De
auteur
Michail
Afanasjevitsj Boelgakov (1891 - 1940) werd geboren in Kiev, als zoon
van een hoogleraar aan de Kievse academie van geesteswetenschappen.
Hij studeerde medicijnen en was werkzaam als journalist. Zijn eerste
publicaties verschenen in 1919, in 1925 gevolgd door een
verhalenbundel en zijn eerste roman De Witte garde. Hier was zijn
toneelstuk De dagen der Toerbins aan voorafgegaan, waarvan de roman
een bewerking is. Achteraf beschouwd heeft het toneelstuk wellicht
voorkomen dat Boelgakov, als zoveel schrijvers uit de Sovjetperiode
(1917 - 1989), in de vernietigingskampen van dictator Stalin is
omgekomen: deze laatste was zó enthousiast over het stuk, dat hij er
vele opvoeringen van heeft bijgewoond, en dit is vermoedelijk ook de
reden waarom hij Boelgakov spaarde. De Witte garde behandelt op
aangrijpende wijze de ondergang van de ‘Witten’, die zich
verzetten tegen de ‘Roden’ (de bolsjeviki onder leiding van
Lenin, Trotski én Stalin), die als overwinnaars uit de Russische
revolutie van 1917 tevoorschijn kwamen.
Hoewel
hij zijn werk gepubliceerd noch opgevoerd kreeg bleef Boelgakov
schrijven. In de laatste vijftien jaar van zijn leven kwamen talloze
toneelstukken en vijf romans tot stand zoals De eieren der Rampspoed
en Hondenhart, twee vroege voorbeelden van Russische science-fiction,
maar tegelijk satires op de Sovjetsamenleving. Vlak voor zijn dood
voltooide Boelgakov zijn grote roman De meester en Margarita, waaraan
hij twaalf jaar gewerkt heeft. Daarin wist hij de tragiek van zijn
geteisterde vaderland schitterend te vervlechten met die van zijn
persoonlijk leven als monddood gemaakte schrijver. De eerste
publicatie van dit werk in 1966 in West-Europa maakte hem in één
klap wereldberoemd. Tegenwoordig wordt Boelgakov beschouwd als een
van Ruslands beste 20ste-eeuwse schrijvers. (van Oorschot)
Titel:
De meester en Margarita
Auteur:
Michail Boelgakov
Uitgever:
G.A. van Oorschot
ISBN:
9789028242555
Vertaling:
Marko Fondse en Aai Prins
Pag.:
448
Genre:
fictie
Verschenen:
1997
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.