donderdag 17 mei 2018

Camillo José Cela-Mrs. Caldwell spreekt met haar zoon,

Recensie door Roosje
Uitgevrij Meulenhoff





Moeder en Zoon




Geen gewone roman, dit vijfde - meen ik - boek van nobelprijswinnaar - 1989 - Cela. Ik geloof dat dit misschien een van de eerste Spaanse romans is die ik lees, afgezien van Don Quichotte.
Dit is geen roman in de zin van een doorlopend verhaal met een bepaalde structuur, chronologische gebeurtenissen en personages die zich ontwikkelen. Het is een vreemd boek, een zeer apart boek. Ik kan me zo 1, 2, 3 geen ander boek herinneren dat zo ongewoon is als dit. Die zijn er ongetwijfeld. En ik heb wel een voorkeur voor afwijkende romans.

Twee grote motieven

Het gegeven is dat mrs Caldwell, een Engelse dame, maar ook een kosmopoliet, haar zoon, Eliacim, verloren heeft. Hij stierf in de Aegeïsche zee. Door middel van brieven die zij aan hem schrijft, houdt zij de herinnering aan hem levend en misschien zit er ook wel een Orfeusmotief in: zij probeert hem terug te krijgen van Poseidon en Hades door middel van deze smartelijke, poëtische en humoristische pennenvruchten.

Een omgekeerd Oidipouscomplex is dit boek absoluut. Op allerlei manieren verklaart mrs Caldwell, de moeder aan haar zoon de liefde: geestelijk, emotioneel en fysiek. Behalve moeder is zij absoluut ook zijn minnares.

Structuur

Deze ‘brievenroman’ bestaat uit 213 ‘hoofdstukken’: aforismen, parabels, poëziefragmenten, taalexperimenten met woorden - bijv taille, gedetailleerd (‘zonder taille’), als mrs Caldwell schrijft over zwangerschap , experimenten met grammaticale verbanden en zinsvolgorden. Cela schrijft ons nog een woord vooraf, sluit af met ‘Nog een mededeling’ en een ’Postscriptum’; dat laatste past natuurlijk in de idee van de brief en brievenroman.

Experimenteel

Het heeft er de schijn van dat Cela de lezer werkelijk iets serieus wil mededelen in dit voorwoord, maar gaandeweg krijg je in de gaten dat hij je ook bepaald in het ootje neemt. Deze brievenroman is een amfora vol associaties en zaken uit het ongerijmde, het absurde. Misschien een beetje zoals de schilderijen van Dalì.
Talloze motieven drijven de lezer tegemoet: zee, water, rivieren, zwemmen, vissen, schipbreukelingen - je kunt hier natuurlijk ook niet om de Odyssee heen -, verdrinken, lijken in het water, zwembad, foetus in utero, etc.

Zee is een woord waar ik ziek van word, waarover ik niet rustig kan praten. De zee is een mooi en onuitstaanbaar jong meisje die (sic! rdv) het al te zeer voor de wind is gegaan in het leven. Een zee, zomaar een zee, ook al is het een concrete, duidelijk omschreven zee, is geen zee. Een zee, een liefde, een ezel, een fluweelachtige bloem, een kind dat verdwaald is in een grote stad, een ambtenaar die achternagezeten wordt door een woedende personeelschef, een kogel die door de lucht suist boven een slagveld. Dit is allemaal erg vaag, erg onbepaald. Misschien omdat eigenlijk alle dingen een naam nodig hebben. ‘ (1970: 43)

Arnold Böcklin: Odysseus en Kalypso (1883)


Meer motieven: water met Odysseus weer; Kirke, Calypso, Medea, en toegiftje Medusa

Dat water is het belangrijkste motief, denk ik. Het heeft ook te maken met het puur vrouwelijke element, het oceanische, het voorgeboortelijke: het onbewust gelukzalig ronddrijven in de moederlijke zee (in utero); het is onbewust en onvrijwillig.

Ik zie hier wel een link met vrouwelijke verslindende heksen, zoals Kirke en Calypso uit de Odyssee, die onze Griekse held gevangen nemen om voor zichzelf te houden, hem verslinden als het ware.


Ik denk aan Medea, die haar kinderen offerde op het altaar van de versmade liefde om haar ontrouwe echtgenoot genadeloos te straffen. Ik denk uiteindelijk ook aan de Schikgodinnen, die in elke mythologie, de levensdraad van de mensen weven en als ze het goed vinden, knippen ze die draad door en ben je er geweest. Die Schikgodinnen moet je te vriend houden!

Ook denk ik aan Medusa, het vrouwelijk monster dat mannen doet verstenen; als mannen haar aanzien, raken zij totaal in haar ban (worden tot steen; hebben geen eigen wil meer).

Verslindende moeder en jaloerse minnares

Mrs C is ook een verslindende moeder - denk ook aan de Italiaanse moeder of de Jiddische mama. Heeft mrs C misschien schuld aan de dood van haar zoon?
Ondanks deze ‘ongezonde’ moederliefde kun je je als lezer heel goed verplaatsen in haar onmetelijk verdriet. Vrouwen die moeder zijn, kunnen zich voorstellen of weten misschien zelfs, hoe erg het is als een kind vóór jou sterft.
Maar mrs C is natuurlijk ook de minnares van haar zoon en in die zin voelt ze zich enorm in de steek gelaten door hem en kan zij hem niet loslaten. Met hem verdrinkt zij in de zee van haar eigen tranen.

De meest eigenaardige en gezonde vrouwen, Eliacim, hebben een nest schorpioenen in hun decolleté, een krioelende hoop schorpioenen, die kloppen in hun hoge machtige boezem.
Het is een grote geruststelling voor mij dat jij ver uit de buurt van deze eigenaardige en gezonde vrouwen bent, de meest eigenaardige en gezonde vrouwen, die nog nooit iemand zwanger heeft kunnen maken.’ (ibid.: 118)

Dit oceanische staat tegenover het mannelijke element, het Apollinische, de kunst, de wetenschap (die zien dan bijvoorbeeld terug in het Postscriptum van Cela in de meetkundige vergelijkingen; en in zijn kunst van het schrijven wellicht).

Eliacim

Eliacim is een figuur uit de Bijbel, ook uit de Hebreeuwse Bijbel - zoals dat op Wikipedia genoemd wordt -. Deze Eliakim is minister onder de rechtvaardige koning Hezekiat, 715-686 v Chr. Mij zegt het niks en ik weet niet of het werkelijk de bedoeling is dat deze naam symbolisch is. Misschien ook wel.


Faits divers

Er zit ook heel veel humor in; absurde situaties.

Het boek eindigt met hoofdstukjes die de naam dragen van de vier elementen: lucht, aarde, vuur en water. Dat is het leven! De vier elementen.

De mededeling dat mrs C is opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis vind ik jammer. Voor mij had die mededeling niet gehoeven. Ik heb in de loop van het boek heel goed begrepen dat er een steekje los zit bij deze vrouw, maar dat hoeft de schrijver toch niet zo expliciet te zeggen?

Het Postscriptum lijkt me een proeve van het ongerijmde. Ik heb weinig verstand van meetkunde, maar het is duidelijk dat het absurd is, zoals de perspectieven in het werk van Esscher, denk ik.

Ik heb me er wel een beetje toe moeten zetten in dit boek door te lezen. Ieder hoofdstukje is een wereld op zich, een juweeltje. Maar je moet ook wel een beetje doorlezen om je te laten betoveren door deze magister magicus Camillo José Cela.
De nobelprijs kreeg Cela: "Voor rijk en intensief proza, dat met ingehouden compassie een uitdagende visie op de kwetsbaarheid van de mens vormt."


Titel: Mrs. Caldwell spreekt met haar zoon
Titel oorspronkelijk: Mrs. Caldwell habla con su hijo
Auteur: Camilo José Cela
Vertaler: Mariolein Sabarte Belacartu
Uitgever: Meulenhoff
ISBN: 978-90-290-2824-0
Pag.: 206
Genre: literaire fictie
Verschenen: oorspronkelijk 1953
Verschenen: deze uitgave 1989

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.