Recensie van Roosje
Uitgeverij Lebowski
Uitgeverij Lebowski
Een zorgvuldig gecomponeerde ego-fictie
‘We kunnen het toch op z’n
minst proberen?’
Ik wil het denk ik niet meer
proberen. Erg hè?’
‘Ja, erg.’
‘Ik voel het niet meer, de
koek is op, het vuurtje is uit, ik hou niet meer van je.’ ‘(p.30)
‘Ik wachtte tot alles weer
goed was.
In de tussentijd probeerde ik
de twijfel van man, de angst voor het uiteenvallen van mijn gezin, in mijn
blogstukjes in woorden te vangen, probeerde ik het uit elkaar vallen van onze
liefde met woorden tegen te houden, mijn gezin met de taal weer bij elkaar te
krijgen. Dat wat ons weer bij elkaar had gedreven, moest ook datgene zijn wat
ons weer bij elkaar kreeg.
In de tussentijd vond ik mijn
geloof, op een plek waar ik het niet aan het zoeken was. Ik bleek al die tijd
bezig te zijn met het boek dat ik niet schrijven wilde.’ (p. 31)
Het boek dat
ze niet wilde schrijven
Het
boek dat Geurts niet wilde schrijven, dat lees je dus. Wat betekent dat nu
eigenlijk? Ze schrijft dit boek tegen wil en dank? Ze schrijft een inhoud
waarmee zij het niet eens is? Schrijft zij een therapeutisch boek, voor
zichzelf en voor de lezer? Of schrijft het boek zichzelf en gaat het in een
richting die zij zelf niet wil, als een self
fulfilling prophecy. Is het ook een boek met een snufje maatschappelijke
ironie over een vinex-lokatie met allemaal redelijk jonge, hippe mensen die
soms een beetje de weg kwijt zijn: een zedenschets? Ik acht het niet
uitgesloten dat al deze vragen hun plekje krijgen in dit boek van Geurts.
Haar
boek lijkt een simpel geval van een vrouw die tegen haar wil in de steek
gelaten wordt door haar man en daarmee moet zien te dealen.
Het
lijkt een super eerlijk en kwetsbaar ego-verslag van een verlaten vrouw en
moeder. Ik las eerder wat stukjes van Geurts’ hand, en die gedachte kwam als
eerste bij me op. Een dergelijke houding van een auteur neemt de lezer direct
voor haar in. Je krijgt onmiddellijk sympathie voor die vrouw, die jezelf niet
hoopt te zullen worden, of wanneer je zelf wel in een dergelijke situatie bent
gekomen, dat je je dan vrouwmoediger zult gedragen en je je niet zult
vastklampen aan zijn broekspijp.
Het
knappe van dit boek is dat Geurts met deze emoties en bovengestelde vragen op
intelligente wijze speelt. Het lijkt een ego-verslag, maar het is een
zorgvuldig gecomponeerd verhaal van een vrouw. Die vrouw lijkt natuurlijk op
Geurts zelf, maar vergis je niet, lezer, het is geen autobiografie. Natuurlijk
zitten er sterk autobiografische stukken in, maar Geurts weet haar ervaringen
zorgvuldig en deskundig te vermetselen met fictie.
Droste-perspectief
Niet
alleen gaat dit boek over een scheiding; minstens even belangrijk is het thema
van het schrijven van een boek over de scheiding. Een boek over het schrijven
van een boek. Daar ben ik dol op: Droste-perspectief. Geurts is namelijk ook
schrijfdocent. Zij leert anderen te schrijven, waardoor zij ook verder kan met
haar eigen schrijfwerk.
Vrijwel
onmiddellijk moest ik denken aan de boeken van een schrijfster, die ik dit jaar
ontdekt heb: Rachel Cusk. Deze schrijft in drie romans over de gevolgen van
haar scheiding op haar persoonlijk, op haar rol als moeder en op haar
identiteit als schrijfster. Ook Cusk is in haar romans schrijfdocente en weet
zich evenmin als Geurts een houding te geven ten opzichte van haar leerlingen.
Ook Cusk heeft een writer’s block,
als Geurts.
Geurts
kent Cusk, noemt, bespreekt en citeert haar ook uitgebreid (heel toevallig
kiest Geurts een citaat dat ik ook uitgekozen had, haha). Geurts noemt alsnog
een aantal schrijfsters die verslag doen van hun scheiding en hun verwerking
daarvan, zoals Renate Rubensteins in 'Niets
te verliezen en toch bang', een boek dat, dat geef ik schroomvallig toe, ik
nog steeds moet lezen en volgens mij al een paar decennia in mijn boekenkast
staat.
--
Over Cusks boeken heb ik in 2017 twee recensies geschreven; over Contouren en Transit. Nasleep heb ik
onbesproken gelaten. De grappige omstandigheid deed zich voor dat ik Cusks
boeken in een totaal verkeerde volgorde heb gelezen. Maar soms is dat helemaal
niet erg. Het lezen van romans is een uitermate persoonlijke en eigenzinnige
ervaring.--
Geurts
is een heel andere auteur dan Cusk. De eerste maakt de indruk een tamelijk
wanhopige flapuit te zijn - dat is natuurlijk ook gewoon role playing, maar daar is niets mis mee, haar kwetsbaarheid is
zeer innemend. Cusk is een ‘moeilijke’ schrijfster, die haar zinnen beeldhouwt,
waardoor zij lezers misloopt, dat is tenminste mijn ervaring; maar zij is veel
ingenieuzer, diepgaander en filosofischer dan Geurts. Cusks zinnen, daar moet
je wel even je tanden inzetten, maar zij is ongelooflijk meedogenloos in haar
observaties en overdenkingen (sic! let op de binnenrijmen met ‘o’, rdv ;-))
Toch is het boek van Geurts niet echt een eenvoudig ‘leessnoepje’. Ze schrijft
bepaald niet eendimensionaal en weet goed de weg in haar schrijf-binnenste, met
verdubbelingen, vermommingen, grapjes, ironie, observaties, beschouwingen e.d.
Maar lees niet zo dat je je beeld van E. (zoals ze zichzelf in het boek noemt)
precies laat passen op Elke Geurts, de verlaten vrouw in de realiteit. Het is
boek is geen echte autobiografie.
Structuur
De
structuur van Geurts’ boek is strak: ongeveer een jaar, of ruim een jaar,
ongeveer de seizoenen rond. Daarbinnen is het een prettig gestoord ‘rommeltje’
van stukjes die alle kanten opgaan, ook in de tijd dansen we op en neer, als
een Argentijnse tango, die dan weer netjes in de dansrichting gaat en dan weer
terugkeert op zijn schreden.
Maar
nergens raak je de weg kwijt en dat is erg knap. Ook zit er in het geheel een
bepaalde ontwikkeling, de persoonlijke ontwikkeling van de hoofdpersoon.
Misschien
is het boek iets te lang, maar storend is het niet. De boeken van Cusk zijn
betrekkelijk dun, maar als je op iedere zin moet kauwen, ben je per saldo meer
leestijd kwijt.
Luister
naar E’s man / ex, die tegen haar zegt:
‘’Jij verbindt weer eens allerlei zaken met
elkaar die niets met elkaar te maken hebben. Jullie schrijvers zetten alles
naar jullie hand. Ik schrijf gewoon R. onder aan die briefjes omdat ik R. ben.
Laat mijn vader en mijn familie erbuiten. Dat gaat jou niets aan. Daar ga jij
niet over.’
‘Sorry, het was nodig je te
duiden.’
‘Dit is jouw verhaal,’ zegt
hij. ‘Niet het mijne.’
‘Dit is ook jouw verhaal.’
‘Ik heb hier niets mee te
maken.’
‘Jij komt erin voor.’
‘Ik heb mijn eigen verhaal’,
zegt hij. ‘En daar heb jij niet meer mee te maken.’ (p. 59)
Deze
dialoog kun je op minstens twee manieren interpreteren: die van een ex-man
tegen zijn ex-vrouw, die dat feit nog wil erkennen. Maar ook van een man in de
werkelijkheid die niet wil dat zij, de schrijfster, er met zijn werkelijkheid
vandoor gaat. En zij schrijft om zichzelf te redden - therapeutisch.
Zij
schrijft niet alleen haar kant van hun gemeenschappelijk verhaal, zij schrijft
gewoon FICTIE.
Leve
de fictie!
Wat
mij betreft een absolute must read.
Elke
Geurts (1973) studeerde aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. Ze schreef
toneelstukken en hoorspelen alvorens ze doorbrak met korte verhalen. Ze was de
eerste winnaar van de verhalenwedstrijd Duizend Woorden en won de Nieuw Proza
Prijs Venlo 2008.
Publicaties
'Het besluit van Dola Korstjens', korte verhalen, Nieuw
Amsterdam, 2008
'Lastmens', lange verhalen, Nieuw
Amsterdam, 2010
'De weg naar zee', korte roman, Bezige Bij,
2013
'Ik nog wel van jou', roman, Lebowski, 2017
Auteur:
Elke Geurts
Categorie:
Literaire roman
Pagina's:
256
ISBN:
9789048835331
Uitgever:
Lebowski
Verschijningsdatum:
november 2017
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.