Recensie door
Tea van Lierop
Uitgeverij Das Mag
Uitgeverij Das Mag
‘Karl wees me er voor het eerst op dat je in een echt verbond elkaars eenzaamheid helpt dragen en soms gewoon kunt laten bestaan.’
Spitsvondige, liefdevolle en oprechte observaties
Nachtouders
van Saskia de Coster is genomineerd voor de shortlijst van de Libris Literatuur
Prijs 2020, een goede reden om het boek te gaan lezen. De Vlaamse auteur heeft
al een aantal werken op haar naam staan, onder andere Wij en ik, dat in 2014
bekroond werd met de Opzij Literatuurprijs.
De eerste
indruk die beklijft bij het oppakken en doorbladeren van het boek is de
lichtheid. De wolken die wat blote, mollige lichaamsdelen zichtbaar laten, het
grote aantal hoofdstukjes – soms ultra kort – en het motto van Pippi Langkous
‘Ik heb het nog nooit gedaan dus ik denk wel dat ik het kan.’ vormen dit lichte
verwachtingspatroon. Het koppel Saskia en Juli wenst een kind, dat wil zeggen:
beiden hebben niet dezelfde drang, maar omdat ze zoveel van elkaar houden
zullen ze tot overeenstemming komen. De springerige hoofdstukjes wisselen
elkaar in rap tempo af in Schrift (dit is het verhaal voor Saul, de baby),
dagen op het eiland, in bed (of soortgelijke plaats) en flashbacks.
Opvallend is
de vorm waarin de auteur dialogen tussen Saskia en Juli beschrijft. Het lijkt
of dit figuren zijn uit een toneelstuk, bij het lezen duiken de beelden op:
Juli en Saskia op de planken.
‘Saskia: Goed, we gaan. Ik zal de tickets boeken.Juli: Dat geloof ik niet, dat jij de tickets gaat boeken.Saskia: Klopt, boek jij maar. Lekker de planeet vervuilen om met ons kind naar de andere kant van de wereld te gaan. Hij zal zich er niks van herinneren als hij groot is.’
Dit stukje
gaat over de voorbereidingen van de reis die ze met zijn drieën gaan maken. Een
serieuze onderneming met zo’n klein kind, ver weg naar Canada waar ze Karl, de
biologische vader zullen ontmoeten. Extra kleurrijk is de bestemming waar de
hereniging plaats zal vinden, het is een hippie-eiland. De wortels van Karl
liggen hier, zijn grootvader was rondreizend houthakker, totdat hij het reizend
bestaan inruilde voor een vaste plek op Portes, een schilderachtig eiland voor
de Canadese kust. In de jaren zestig kwamen de hippies die zich als één grote
familie gedroegen, van de natuur leefden en zich Olsen gingen noemen, naar opa
Thor Olsen. In deze prachtige omgeving tussen woudreuzen ontrolt zich het
verhaal van 'Juli, Saskia en Saul op Portes'.
De boom is
onmiskenbaar een motief waaraan het verhaal mede haar kracht ontleent. Als
symbool van vruchtbaarheid, leven en geaardheid komt hij gedurende het boek
vele malen tevoorschijn. Over de kinderwens gaat dit stukje: Juli heeft een
kinderwens, bij Saskia ligt dat anders.
‘Er is een biologische reden om geen kinderen te willen, vermoedt Saskia. Anders valt het niet uit te leggen. Zij voelt het niet, die hormonenrush, die onweerstaanbare drang, die roep van het lichaam dat in Bijbelse verhalen over zichzelf spreekt alsof het een fruitboom is: ‘Dit lichaam moet vrucht dragen’ of in dagboeken van echte vrouwen laat noteren: ‘Dit lichaam wil helemaal zelf een kind maken met alleen zichzelf, een zaadcel en Google voor prangende vragen tijdens de zwangerschap.’ Echte vrouwen, vriendinnen van haar, hebben lichamen die hun dictatoriaal toebulderen dat ze kinderen eisen en de vrouwen hebben maar te gehoorzamen.’
De twijfel
die aan Saskia knaagt moet ze gedeeltelijk alleen dragen. Alleen in haar
‘Schrift’ kan ze de werkelijke reden van haar weerstand verwoorden: geen tijd
meer te hebben voor schrijven (auteur) en de werkelijke reden: ik, ik, ik (ik)
Juli draagt
het kind, maar beiden zijn moeder. Het besef moet groeien en er blijft altijd
een ‘echte’ moeder van Saul. Zij weet het jongetje stil te krijgen wanneer het
huilt en wanneer het medische verzorging nodig heeft zoals die keer dat hij een
nogal bloederig ongelukje kreeg. Saskia heeft dat allemaal niet van nature en
ze weet het, signaleert het en worstelt ermee.
Humoristische
passages maken de zwaarte van levenskwesties lichter; zelfspot, ironie en
grappige observaties zijn de smaakmakers van deze autobiografische roman. De
reis kent hoogte- en dieptepunten, maar hét literaire toppunt is de aanval van
de gier. Angstaanjagende, bijna mythische, scenes spelen zich af wanneer een enorme roofvogel het
gemunt heeft op de kleine Saul terwijl Saskia als enige aangewezen beschermer
in zijn buurt is. Zoals in een enge film van Hitchcock wordt de dreiging
langzaam opgevoerd en weet zo de lezer te ketenen aan het beeld van de letters.
Aandacht is
er ook voor de rol van de wederzijdse ouders. Openhartig wordt gesproken over
acceptatie van homoseksualiteit en vooral het afwijzen doet zeer.
Tot slot is het belangrijk om nog
even stil te staan bij het fijne, lichte, rake en poëtische taalgebruik dat
regelmatig de mondhoeken laat opkrullen door de grappige vergelijkingen en de
koddigheid van de opgeroepen beelden.
‘Als mollen die zich een weg naar buiten hebben gegraven staan we op het grasveld tegen het daglicht te knipperen. Een alcoholnevel sluimert nog in ons lijf. Saul is opgetuigd in een victoriaanse kraag van kant en een Olsenjurk met een motief dat aan zowel overdadig bloemenbehang als aan militaire camouflagekleding doet denken.’
Titel:
Nachtouders
Auteur: Saskia de Coster
Das Mag Uitgeverij B.V.
Auteur: Saskia de Coster
Das Mag Uitgeverij B.V.
ISBN:
9789492478672
Genre: fictie
Pag.: 427
Verschenen: 2019
Genre: fictie
Pag.: 427
Verschenen: 2019
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.