Recensie door Tea van Lierop
Een intermezzo dat stof doet
opwaaien
Wie deze novelle ziet
liggen tussen de vuistdikke romans van Du Gard vraagt zich
wellicht af wat zo’n boekje kan toevoegen aan ‘De Thibaults 1&2’?
Een buitenbeentje is het,
een verhaal met een ongekende lading, dat vraagt om een speciale positie.
Vandaar dit boekje met daarin het verhaal van broer en zus die elkaar na het
hart lagen, van haver tot gort kenden en als vanzelf in een amoureuze situatie
verzeild raakten.
Om een bevriende
tijdschriftuitgever van dienst te zijn, schreef de auteur zijn gemaakte
aantekeningen over uit zijn boekje. Het resultaat kunnen we lezen in de vorm
van een raamvertelling, eerst een inleidende passage over een bijzondere
ontmoeting aan een ziekbed, daarna de biecht van de broer.
De sfeer is prettig
broeierig, zowel de beschrijvingen van het landschap en het klimaat als de
omstandigheden in de boekwinkel en de beschrijvingen van de lekkernijen die de
nu oudere zus Amalia, nuttigt om de dag door te komen.
Het decor is in eerste
instantie Zuid-Frankrijk, later wordt het de Middellandse Zee en Noord-Afrika
in de stad die aangeduid wordt met Y.
De auteur laat de
verteller op een schilderachtige manier aan het woord. De inleidende woorden
zijn bedoeld de kennismaking tussen de verteller en de man die zijn verhaal
kwijt wil in de juiste context te plaatsen. Het gaat om de doodzieke Michele
die zijn oom aan z’n ziekbed heeft, terwijl de verteller op bezoek is bij een
bijna genezen persoon. Contacten zijn snel gelegd onder deze omstandigheden en
misschien dat ook vertrouwelijkheid eerder tot stand komt.
‘In het halfduister, tegen het witte kussen, tekende zijn profiel van een Perzische prins zich zo scherp af dat het gebeeldhouwd leek; het zou de indruk hebben gewekt van marmer of van vermeil als de huid van zijn gezicht, die nog altijd zijdeachtig, doorschijnend en goudbruin was, niet iets fris en levendigs had behouden. Het verdriet van de oom was stom, samengebald, bijna dierlijk. Het verbaasde de verpleegsters, die al vijf of zes weken de onvermijdelijke dood van dit kind elke dag hadden zien aankomen.’ (2017-9)
De ongelukkige oom, die luistert naar de naam Leandro Barbazano, heeft met zijn zwager een boekhandel in Y. Dit is ook de plek waar de verteller terechtkomt wanneer hij wegens omstandigheden de oversteek moet maken. Op de terugtocht reist Leandro mee en op de mailboot vertelt hij zijn geheim.
Broer en zus zijn op
elkaar aangewezen omdat hun moeder al jong stierf en de vader een streng en
autoritair man was. Nadat de vader voor de tweede keer trouwde sliepen de twee
kinderen bij elkaar. De band die ze hadden werd versterkt en de lezer weet waar
het naartoe gaat, maar nog niet onder welke omstandigheden. Om geen spoilers
weg te geven is het goed om alleen aan te stippen dat de opbouw van de relatie
tussen de twee even subtiel als tragisch is. Beiden hebben hun ontwikkeling en
ze vertellen elkaar alles, er is geen gêne en alles gaat in pais en vree totdat
er op een gegeven moment sprake is van enige rivaliteit.
‘Die tijd is snel voorbijgegaan. Ik werd twaalf, toen veertien, toen zestien. Bij nader inzien komt het u misschien vreemd voor om een meisje van twintig haar kamer te zien delen met een grote broer van zestien. Maar ik moet u zeggen, meneer du Gard, dat bij ons niemand daarvan opkeek. Om te beginnen sliepen mijn zuster en ik al sinds lang in dezelfde kamer. En verder hadden we dankzij dat lage tussenschot dat ons scheidde, ieder een apart hoekje. Daar komt bij dat, vooral in die tijd, de gezinnen in die oude krotten hutjemutje bij elkaar zaten. Zo’n gebrek aan privacy was volkomen gewoon.’ (2017-18)
In het nawoord van de vertaalster staat een interessante beschouwing over het thema van het boek. Du Gard moest zich verdedigen tegenover onder anderen André Gide waarom hij bepaalde keuzes gemaakt heeft, het verhaal zou zoveel krachtiger zijn geweest bij een tegengestelde situatie. Zie hier het dilemma van het morele aspect, du Gard verdedigt zich heel adequaat, hij benadrukt dat hij juist geen moralistisch verhaal wilde schrijven. Precies zo kun je dit boek lezen, er worden situaties beschreven waarbij de lezer zelf mag invullen wat hij ervan vindt. Het is een mooie manier van het opwerpen van een beladen thema en krijgt daarom van mij alle lof voor de uitwerking ervan.
Het boek is meer dan
alleen een verhaal over incest, er wordt gesproken over literatuur,
klassenverschillen en ook proef je het kolonialisme. Het werd geschreven in
1931, de dekolonisatie was nog niet begonnen. Het zijn die bijzonderheden die
het verhaal meer dimensies geven, waardoor het een zeer rijke novelle is
geworden, eentje die veel aan de verbeelding overlaat.
De auteur
Roger Martin du Gard
(1881-1958) begon in 1920 aan de succesvolle romanreeks De Thibaults. In 1937
ontving hij de Nobelprijs voor de Literatuur. Martin du Gard wijdde de laatste
zeventien jaar van zijn leven aan het schrijven van Luitenant-kolonel de
Maumort, dat in Frankrijk postuum verscheen. Meulenhoff publiceerde De
verdrinking, Luitenant-kolonel de Maumort, Afrikaans geheim, Het oude Frankrijk
en in twee delen De Thibaults.
Titel: Afrikaans geheim
Titel oorspronkelijk:
Confidence Africaine
Auteur: Roger Martin du
Gard
Vertaling: Anneke Alderlieste
Pagina's: 38
Uitgeverij Meulenhoff
ISBN: 9789402309287
Verschenen: oorspronkelijk
1931, deze editie 2017
Hoi Tea, een mooie bespreking die mij nieuwsgierig maakt. Ik ben bij "De Thibaults" blijven steken bij bladzijde 50 van het eerste deel, maar zo'n dun boekje is uitstekend geschikt om hem een tweede kans te geven. Ik heb het al gereserveerd bij de bibliotheek. Groetjes, Erik
BeantwoordenVerwijderenDag Erik, bedankt voor het compliment.
BeantwoordenVerwijderenGoed plan om met deze novelle te beginnen, wie weet pak je dan ook die andere weer op. Veel leesplezier!
Hoi Tea, ik heb het boekje net gelezen. Ik vind het een prachtig boekje, en het roept bij mij het verlangen op, om ook weer eens "De Thibaults" op te pakken. Nu ik het boekje heb gelezen, ben ik nog meer onder de indruk van je bespreking. Erg goed geschreven en je geeft het verhaal niet weg, klasse! Groetjes, Erik
BeantwoordenVerwijderenDag Erik, dank je wel en fijn dat het lezen van de novelle de lust tot lezen van ‘De Thibaults’ heeft aangewakkerd.
BeantwoordenVerwijderenVeel plezier met de boeken!
Groet, Tea.