woensdag 17 juli 2019

Edgar Hilsenrath – De nazi en de kapper

Recensie door Tea van Lierop
Ambo|Anthos





Wie zó gewaagd kan schrijven…


Meer dan zestig Duitse uitgeverijen weigerden de publicatie van Der Nazi & der Friseur, de redenen van afwijzing varieerden van ‘het ontbreken van details’ tot ‘over het hoofd gezien’.
De echte reden lag elders, het was de manier waarop Hilsenrath over de Holocaust schrijft.

‘Men was het erover eens dat een verwerking van de Shoah in de vorm van een bijzonder bittere, pikzwarte satire - die bovendien uitsluitend vanuit het perspectief van de dader was geschreven - volkomen ongepast en daarom ontoelaatbaar was. Concreet: de bij uitgeverijen gevestigde generatie die volgde op die van de daders, meende de slachtoffers te moeten voorschrijven hoe de Shoah literair moest worden behandeld, oftewel de grenzen voor een dergelijke behandeling vast te moeten leggen.’

Tussen het schrijven van deze recensie en mijn lezing zit een aantal maanden, toch ligt het boek nog vers in het geheugen. Na het lezen van een ander boek van Edgar Hilsenrath – Het sprookje van de laatste gedachte was ik benieuwd naar meer werk van deze auteur met zijn volstrekt eigen stijl.

Zes delen plus het verhelderende nawoord van Helmut Braun telt het boek. Waar te beginnen? Bij de jeugd van twee jonge jongens, Max Schulz en Itzik Finkelstein. Hun namen, respectievelijk typisch Arisch en Joods, zouden spreekwoordelijk geen nadere uitleg behoeven, maar krijgen die wel. Hun doopceel wordt gelicht en we zien de twee opgroeien in het begin van de twintigste eeuw. De een als zoon van Minna Schulz en een onbekende vader – het konden er vijf zijn – de ander als kapperszoon in een gezin waarin de Joodse wetten golden. Als buurjongens trekken de jongens samen op. Max leert het kappersvak bij de vader van Itzik en steekt ook nog een en ander op over de Joodse tradities. Daar zit ook meteen de angel, identiteitsverwisseling behoort later tot de mogelijkheden.

Het verhaal wordt gedeeltelijk verteld door Max zelf, de man die zich in het begin van het boek voorstelt als toekomstige massamoordenaar. Een van de eerste passages is te gruwelijk voor woorden, hier wordt een kind misbruikt, je zou compassie kunnen krijgen met de moordenaar in spe en dat is misschien de bedoeling van de auteur. Enfin, jeugd gaat over in adolescentie en de oorlog dreigt. De vanzelfsprekendheid waarmee Max en de zijnen aanhangers lijken te worden van het nationaalsocialisme is opvallend, zo zou het inderdaad kunnen gaan. De ontstane gevoelens van onbehagen en onvrede worden gevoed door kranten die schrijven over de schande van het vredesverdrag van Versailles en de reacties daarop in de buurt, op straat, in winkels. Hitler wordt gezien als de ‘verlosser’.
Wanneer Max Hitler voor het eerst ziet tijdens een bijeenkomst waarop H. een bijbel openslaat en een tekst voorleest vallen de schellen Max van de ogen en ziet zichzelf als volgeling van deze man met zijn profetische gaven.
Het roept gevoelens op van herkenning, de woorden doen denken aan zijn gewelddadige jeugd.

‘Onophoudelijk dreunden de woorden van de Führer in mijn schedel: 'Vervloekt zij de stok in de hand van de valse meester. Als de stok echter van meester wisselt...' Ik werd heel duizelig. Ik voelde een brok in mijn keel. Dat zat me dwars. En dat wilde ik uitspugen. 'Zalig is de stok in de hand van de ware meester. Want zie...'
En toen zei ik bij mezelf: Ja, waarom eigenlijk? Maar nu is het genoeg! En ik zei bij mezelf: Max Schulz. Je zult je achterste niet meer blootstellen. Het is de hoogste tijd dat je zelfde stok eens ter hand neemt, de gele en de zwarte.’

Deze aanloop naar wat er later allemaal gaat gebeuren bezorgt een uiterst ongemakkelijk gevoel. De stap voor stap vertelling met daarbij niet alleen de actie van Max, maar vooral zijn gedachtegang en zijn reacties op de toespraak zijn intens beschreven. Je wilt zijn verhaal helemaal niet weten, maar eenmaal begonnen ontkom je er niet aan, dit boek kan niet terzijde geschoven worden. De nieuwsgierigheid wint het van de afkeer. Hoe komt Max uit de oorlog, waar heeft hij gestreden, welke misdaden beging hij en hoe verging het zijn Joodse buren? Deze bijzonderheden komen allemaal aan bod. Hilsenrath heeft een manier van schrijven die je bij de les houdt. Zo gruwelijk en toch verteld als min of meer logische stappen maken dit boek een klassieker, eentje van de buitencategorie.

In het tweede boek zit een stuk over vrouw Holle met haar houten been, bovendien werd ze 59 keer verkracht door de Russen. Max vertelt vrouw Holle wat er gebeurd is tijdens zijn vlucht uit Polen, en passant werkt hij ook nog een lijk weg dat bij haar in huis ligt. Het verhaal staat bol van bizarre elementen. In de stukken waarin Max zelf aan het woord is als de ik-verteller komt de vraag om de hoek kijken hoe betrouwbaar deze verteller is. Het is niet erg geloofwaardig dat hij zich zaken uit zijn babytijd herinnert, maar geeft wel een aardige kijk op zijn vroege jeugd en zorgt tijdens het lezen voor een alerte houding. Wat klopt er wel en wat niet? Dit zou een van de thema’s kunnen zijn. Zijn leven lang is het Max’ lot in een leugen te willen/moeten leven. Bijzonder wrang is het dat zijn uiterlijk absoluut niet Arisch is, terwijl zijn vriend zonder meer voor een niet-jood door zou kunnen gaan.

Het plan zich het vege lijf te redden ontvouwt zich. Getransformeerd vertrekt hij tenslotte naar Palestina en maakt ook daar het nodige mee. Soms tenenkrommend, af en toe ook bloedstollend en zeker ook stomverbaasd over het totale gebrek aan geweten van Max leest het boek als een verhaal met een enorm tempo waarbij je als lezer alleen maar aan boord kunt blijven tot het einde. En ik durf te voorspellen dat dit zo'n boek is dat indruk zal maken, blijvende indruk. 


De auteur

Edgar Hilsenrath (Leipzig, 1926 – Wittlich 2018) vluchtte in 1938 met zijn moeder en jongere broer het land uit. Hilsenrath overleefde de oorlog en vertrok naar Palestina, en van daar in 1951 naar New York. Van zijn hand verschenen onder meer de veelgeprezen internationale bestseller De nazi en de kapper en Het sprookje van de laatste gedachte, waarvoor hij de prestigieuze Alfred Döblin-prijs kreeg.

Titel: De nazi en de kapper
Auteur: Edgar Hilsenrath
Uitgever: Ambo|Anthos
ISBN: 9789041418494
Vertaling: Annemarie Vlaming
Pag.: 395
Genre: fictie
Verschenen: 2001

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.