vrijdag 22 september 2017

H.G. Wells - De tijdmachine, 1895 / 2015


Gastrecensie Roosje
Beoordeling 4 sterren
Uitgeverij Overamstel



HG WELLS: VADER VAN DE SCIENCE-FICTION-ROMAN

Inleiding

De Britse schrijver H.G. Wells was één van de oervaders van het genre science-fiction-roman, samen met  zijn Franse collega Jules Verne, die net even eerder zijn futuristische romans publiceerde. Tijdens het lezen van De tijdmachine moest ik ook vaak aan denken aan de avonturenromans van Verne. Die heb ik verslonden, toen ik een jaar of 12, 13 was en de overstap aan het maken was van de kinder- en meisjesboeken naar de serieuze literatuur. Grappig in deze is dat ik als kind geen jongensboeken mocht lezen; in de pre-puberteit heb ik de schade ingehaald met Jules Verne, Biggles, Maigret en Karl May.

Verne vs Wells

Verne en Wells waren kinderen van hun tijd. In de westerse wereld was de Industriële Revolutie al een eindje op stoom gekomen; het Verenigd Koninkrijk liep daarin voorop. Verne en Wells geven een wetenschappelijke basis aan hun verhalen, al is het een en ander tamelijk futuristisch.

Dit verhaal van Wells is bedoeld om te lezen vanaf de leeftijd van 13 jaar; dus net als de verhalen van Verne is het een boek voor de ‘oudere jeugd’ - jongens bedoelde men vroeger natuurlijk.

Wells is in dit verhaal wel diepzinniger dan Verne. Zo weet je namelijk niet helemaal zeker of de Tijdreiziger wel de waarheid vertelt. Er speelt een mate van twijfel: liegt de Tijdreiziger openlijk of is hij wellicht een fantast die zijn eigen illusies gelooft, of weet hij het zelf ook eigenlijk niet meer? In de verhalen van Verne speelt dit soort twijfel minder. Kapitein Nemo uit Twintigduizend mijlen onder zee is natuurlijk wel een geheimzinnige figuur, maar niet is hij een perse onbetrouwbaar sujet.

De schrijfstijl van beiden is wel enigszins verwant. De stijl van Wells is op een bepaalde wijze wat aan de ‘plechtige’ kant; dat heeft ook te maken met de wetenschappelijke inslag. Een willekeurig voorbeeld:

Dat deed mij besluiten de afdaling te maken zonder nog meer tijd te vespillen en ‘s ochtends vroeg ging ik op weg naar een put vlak bij de ruïne die uit graniet en aluminium bestond.’ (p. 75).

Toch verkies ik de stijl in deze roman boven die van Verne.

Het verhaal van de Tijdreiziger: de wetenschap

De Tijdreiziger heeft geen eigennaam. Hij wordt steeds aangeduid met zijn (vermeende) functie. Hij maakt deel uit van een groep mannen, vermoedelijk in een club, of van een bepaalde sociale groep, met onder andere een psycholoog, een journalist, een plattelandsburgemeester, een arts en de Verteller van dit hele verhaal. Een doorsnee van de goed opgeleide mannelijke bevolking uit het late 19e-eeuwse Verenigd Koninkrijk. Niet zomaar een goedgelovige thomas van de straat, dat is duidelijk.

De Tijdreiziger is het middelpunt van de bijeenkomst, hij heeft namelijk een mini-tijdmachine bij zich en hij wil die demonstreren. Vooraf legt hij uit hoe het werkt en waarom het werkt. Het is een kwestie van rationeel en wetenschappelijk nadenken: tijd is gewoon de vierde dimensie. Een kubus heeft drie dimensies, dat weet iedereen, maar een kubus heeft geen ‘duur’. ‘Kan een kubus die geen duur heeft, een werkelijk bestaan hebben?’ De Tijdreiziger vervolgt: ‘...dat elk werkelijk lichaam zich in vier richtingen moet uitstrekken: lengte, breedte, hoogte en duur.’ (p.8). En daarmee is de kous af. Hiermee is het theoretische kader gegeven.

In de loop van het verhaal blijkt ook dat de evolutieleer van Darwin en ook een vorm van sociaal darwinisme* volledig geaccepteerd is. Er is ook sprake van astrofysica. De Tijdreiziger reist namelijk naar het bijna uiterste einde van onze wereld, wanneer de zon een rode reus** geworden is en het leven uitgestorven is, behalve dan dat van de Tijdreiziger zelf natuurlijk - o, paradox -.

De Tijdreiziger is prima in staat om op zijn tijdreis de toekomstige mensen, de Eloi, voor zich te winnen. Een vrouw wordt verliefd op hem en hij wil haar wel mee terugnemen naar het Londen van de 19e eeuw. Hij leert ook vrij makkelijk de basis van hun taal. Hij vindt ook heel makkelijk allerlei verklaringen voor hun woonomgeving, hun sociale structuur e.d. Een man van de wetenschap. Twijfelen doet hij niet zo veel. Emoties kent hij absoluut maar hij weet dat hij zich daar niet door moet laten overmannen. Hij is rationeel en resoluut.

Het verhaal van de Tijdreiziger: wat gebeurde er?

*spoiler alert*

De tijdmachine op schaal laat de Tijdreiziger verdwijnen. Hij kondigt aan nu zelf een reis door de tijd te gaan maken. Het gezelschap is sceptisch. Na een week op de dag dat zij altijd samenkomen is de Tijdreiziger er (nog?) niet. Eerst wacht men op hem, maar later gaan zij toch ter tafel; honger hebben ze. Dan komt ineens de Tijdreiziger binnenvallen in verfomfaaide kleren, enigszins geagiteerd en smerig. Hij valt aan op het gebraden vlees en daarna vertelt wat hij heeft meegemaakt.

Hij reisde met zijn tijdmachine door de tijd naar het Londen van het jaar 802.700. -- Mijn scepsis stak direct de kop op: dan leven er vast geen mensen meer, er is misschien zelfs geen aarde meer. -- De mensen die hij aantrof, De Eloi, zijn mooi, androgyn, harmonieus, maar lethargisch. Overdag leven zij een beetje als god in Frankrijk, zij eten alleen fruit - vandaar dat de Tijdreiziger bij terugkeer in de 19e op het gebraad aanviel - en ‘s nachts slapen zij in vervallen gebouwen en zalen dichtbij elkaar, angstig. De Tijdreiziger snapte niet zo goed waarom zij niet werken, de vervallen gebouwen niet opknappen, niet aan landbouw doen, en ook waren er geen sporen van eigendom. Hij dacht dat zij aan het einde van een sociale ontwikkeling waren gekomen. De mens had de natuur overwonnen, want giftige planten, insecten en paddenstoelen waren ook al uitgestorven. De mannen en vrouwen lijken zoveel op elkaar dat het logisch was dat er weinig kinderen werden geboren - te weinig erotische aantrekkingskracht tussen de seksen -. Dat er daarom te weinig mensen waren om de gebouwen te repareren, etc.

Maar daarmee had de Tijdreiziger nog niet het hele maatschappelijk plaatje in beeld. Hij ontdekte dat ‘s nachts de wereld omgekeerd is. Onder de grond leven de monsterachtige, intens bleke Morlocks, die lijken op spinnen met enorme grote ogen, die in het donker kunnen zien. De Morlocks doen fysiek zware arbeid aan  en met machines onder de grond en zij zijn het die voorzien in dingen die noodzakelijk zijn, ook voor de Eloi. Dit werkt Wells niet uitgebreid uit. Maar als tegenprestatie jagen die monsters ‘s nachts op de Eloi, die zij verslinden. Ander voedsel is er niet meer voor hen voorradig.

De Tijdreiziger maakte avonturen mee: zijn machine werd ontvreemd; hij kreeg een Eloi-vriendin, Weena, die hij uit het water heeft gered en die daarom aan hem verknocht is. Hij ging met haar op reis om zijn machine terug te vinden en maakte traumatische dingen mee.

Hij vond uiteindelijk zijn tijdvoertuig weer. Voor de fun en de nieuwsgierigheid reisde hij nog even naar het einde der aarde-tijden voor hij terugkeerde naar zijn eigen tijd.

Thuis zijn zijn vrienden en kennissen sprakeloos en sceptisch. Bewijsstuk is een bosje bloemen dat Weena in zijn zak heeft gestopt. De bioloog ziet wel iets ongewoons aan die bloemen.; die lijken niet te komen uit de 19e eeuw. Maar toch geloven de meesten hem niet. Is de Tijdreiziger een goedwillende maar naïeve fantast, of een welbewuste leugenaar? Of steekt er toch waarheid in zijn relaas? Eigenlijk weet de Tijdreiziger het zelf ook niet meer zo precies.

De Tijdreiziger is verbolgen dat zijn vrienden hem niet geloven. Maar tegelijk merkt hij dat zijn eigen geheugen ook vervaagt:

‘Verdorie... het vervaagt allemaal. Deze kamer, jullie en de sfeer van alledag zijn mijn geheugen te machtig. Heb ik wel ooit een tijdmachine gemaakt of een model van een tijdmachine? Of is het alleen maar een droom? Er wordt wel eens beweerd dat het leven een droom is ...soms een armzalige droom - maar ik verdraag geen ander soort leven....’ (p. 123)

Hij maakt zich op voor nog een tijdreis, maar nu is hij voorzien van een camera om alles vast te leggen. Het vreemde is dat niemand hem ziet vertrekken en dat hij tot op heden - het verhaalheden - niet is teruggekeerd.....

Sociale ideeën

Wat ligt er achter de tweedeling in de samenleving van 802.700? De klassenmaatschappij van de rijken, de ‘leisure class’ en de arbeiders heeft zich dermate ontwikkeld dat de twee groepen twee verschillende mensenrassen geworden zijn. De ‘leisure class’, de Eloi, doet echt helemaal niets dan een beetje aangenaam verpozen en fruit eten. De Morlocks houden de hele samenleving in stand, zij werken zich een paar slagen in de rondte, maar zij hebben zich zo ontwikkeld dat zij geen nadere mogelijkheid meer hebben dan te jagen op en te eten van de Eloi.

De tweedeling is absoluut geworden, maar toch kunnen de twee groepen niet zonder elkaar.

Wells hield zijn lezers hiermee een sociale spiegel voor. Het was kritiek op de zelfingenomen burgerklasse van zijn tijd. Het boek gold als een ernstige waarschuwing: er kunnen heel nare dingen gebeuren als onze maatschappij niet verandert. Mensen - dat wil zeggen: elk individu - zijn verantwoordelijk voor de verandering in hun samenleving:

‘Wanneer iemand eenmaal door de papieren wanden van het alledaagse leven heengebroken is, die dunne wanden die zovelen van ons veilig gevangen houden van de wieg tot het graf, dan heeft hij een ontdekking gedaan. Als de wereld je niet bevalt, dan kun je hem veranderen.’ (uit The History of Mr Polly, 1910)

Dystopie? Horror?

Is het boek een dystopie? Ja, in zekere zin is het een dystopie, die er aanvankelijk uitzag als een utopie. Wie wil er nou niet lekker chillen in een mooi landschap zonder natuurlijke vijanden, waar het weer altijd aangenaam is? Schijn bedriegt. De moraal is: we moeten gewoon allemaal de handen uit de mouwen steken. De een is niet beter dan de ander.

Is het horror? Ja, het boek is in zekere zin ook een horror-roman, of een ‘gothic novel’. Na de bloeiperiode van de traditionele 'gothic nove'l (midden 18e tot midden 19e eeuw) volgde een periode van verminderde interesse, waarna het genre tijdens het fin de siècle een herwaardering kreeg. Het was vooral onder invloed van het succes van bioscoopfilms en pulpmagazines dat het genre in de 20e eeuw nieuw leven werd ingeblazen.

De monsterlijk enge Morlocks zijn echte horror-wezens.

Vertelsperspectief

Er is in deze roman sprake van een dubbel vertelperspectief. Er zijn namelijk twee vertellers. En er zijn twee verhalen. Of eigenlijk een verhaal in een verhaal. Het is Wells zelf, de beide vertellers. Zowel is Wells de Verteller van het hele verhaal: de twee bijeenkomst van de makkers, die tweemaal een verhaal van de Tijdreiziger aanhoren. Ook is Wells de Tijdreiziger zelf. Opmerkelijk is dat.

Auteur

Herbert George Wells (Bromley, Kent, 21 september 1866 – Londen, 13 augustus 1946) was een Brits schrijver, bekend van zijn sciencefictionverhalen en -romans, in het bijzonder The Time Machine, 1895 (De Tijdmachine); The Invisible Man, 1897 (De onzichtbare man); en The War of the Worlds, 1898 (Oorlog der Werelden).

The War of the Worlds werd veertig jaar na publicatie plotseling voor een tweede maal wereldberoemd door de hevige commotie rond de uitzending van het gelijknamige hoorspel, in 1938, door Orson Welles.

Wells schreef zijn eerste boek in 1888 en zou bij leven een van de populairste schrijvers in het Engelse taalgebied worden. Een aantal van de dingen die hij in zijn fictie beschreef zou later uitkomen: zo schreef hij al in 1914 over de atoombom; hij voorspelde dat de auto en trein zouden leiden tot een trek vanuit de grote steden naar de voorsteden.

Wells was zijn leven lang een anti-religieuze socialist, die veel heil zag in een wereldregering. Deze zou niet gebaseerd moeten zijn op de parlementaire democratie maar eerder op een technocratie: het stemrecht zou volgens hem alleen weggelegd moeten zijn voor wetenschappers, ingenieurs enz.

Naast zijn fictie is Wells ook beroemd geworden door zijn geschiedkundige non-fictie werken. The Outline of History, dat voor het eerst verscheen in 1920 en dat hij daarna meermalen bewerkte, wordt nog altijd gezien als een goede introductie in de geschiedenis. (Wikipedia)

Noten

* Sociaal darwinisme was een stroming in de sociale wetenschappen aan het einde van de 19e eeuw, die begrippen uit de evolutiebiologie toepaste op de sociale omgeving. Sterk uiteenlopende, elkaar vaak tegensprekende ideeën over het toepassen van het principe van "survival of the fittest" (overleven van de best aan de omgeving aangepaste) op de menselijke maatschappij zijn kenmerkend voor deze stroming.

Het sociaal darwinisme leverde een ideologische rechtvaardiging voor de sociale ongelijkheid die het kapitalisme met zich meegebracht had: deze zouden het gevolg zijn van de erfelijke minderwaardigheid van de armen en de erfelijke voortreffelijkheid van de rijkere klassen, die bij een systeem van laisser-faire het best tot uitdrukking zouden komen. Toegepast op volkeren en rassen werd het een rechtvaardiging voor racisme en imperialisme. Sociaal darwinisme wordt tegenwoordig niet langer als wetenschap beschouwd. (Wikipedia)

** Als de zon over ongeveer 5 miljard jaar in dit stadium komt wordt hij zo groot dat de buitenste lagen tot ver voorbij de baan van Venus, en misschien zelfs tot voorbij de baan van de Aarde zullen reiken. (Wikipedia)

Auteur: H.G. Wells
Vertaler onbekend
Categorie: Vertaalde literatuur
Pagina's: 160
ISBN: 9789048829354
Uitgeverij Overamstel
Verschenen juni 2015




Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.