woensdag 1 juli 2020

Hermann Hesse – Narziss en Goldmund

Recensie door Cies
Uitgeverij De Bezige Bij


Beeld van een moeder

De titel Narziss en Goldmund alleen roept al vragen op. Is de Narziss een literaire ‘reïncarnatie’ van Narcissus uit Metamorphosen van Ovidius? In hoeverre is Goldmund, gouden mond, de wedergeboorte van de heilige Johannes Chrysostomus (345 – 407) of van de Grieks-Romeinse filosoof en redenaar Dion Chrysostomus (± 40 - ± 120)? Hesse beantwoordt deze vragen, en nog veel meer vragen, in de loop van Narziss en Goldmund. Vrijwel aan het begin maakt Hesse duidelijk dat Narziss inderdaad zelf ingenomen is, zeer intelligent is en door iedereen geliefd wordt. Het is echter Goldmund die in het verdere verloop van het verhaal meerdere keren tevreden naar zijn eigen spiegelbeeld kijkt. De patroonheilige van Goldmund is de heilige Johannes Chrysostomus en is het de levensstijl van Narziss die nog het meest op die van de heilige lijkt. Het zwerven van Goldmund komt dan weer het meest overeen met het leven van de verbannen filosoof-redenaar, maar is Narziss in zijn taalgebruik vaak niet meer dan een sofist. 

Door het eerlijk ‘verdelen’ van eigenschappen van (literair) historische figuren tussen Narziss en Goldmund geeft Hesse op ingenieuze wijze aan hoe lastig, zo niet onmogelijk het is, om een evenwicht te vinden in ons zelf tussen een leven van teruggetrokken contemplatie als ene uiterste en volop genieten en lijden midden in het leven staand als andere uiterste. Deze (bijna) onmogelijke balanceer act werkt Hesse verder uit aan de hand van het Grieks mythologische broederpaar Apollo en Dionysus, zoals dit ook door onder ander Nietzsche is gedaan. Met manlijkheid, logica, ratio, ordening, contemplatie, vernietiging, leiderschap aan de ene kant en vrouwelijkheid, emotie, ethiek, esthetiek, creatie, levenslust, en onderschikking aan de andere kant. 

Het verhaal speelt zich af in Duitsland in de Middeleeuwen en begint met de aankomst van Goldmund en zijn vader bij het klooster Mariabronn. Goldmund is dan ongeveer dertien jaren jong en staat aan het begin van zijn middelbare schooltijd en heeft de innige wens, op aandringen van zijn vader, om geestelijke te worden. Al snel sluiten Goldmund en de twee jaar oudere Narziss een voor beiden ongemakkelijke vriendschap. Narziss heeft homo-erotische gevoelens voor Goldmund, maar net als zijn naamgenoot uit Metamorphosen wil hij niet toegeven aan zijn verliefdheid voor anderen. Goldmund zoekt kameraadschap op basis van gelijkheid, maar krijgt een vriend die beter dan hijzelf weet wie en wat hij is en zal worden. De vriendschap brengt hen alle twee veel vreugde en plezier, maar ook lijden en pijn. 

Wanneer Goldmund 17-18 jaar is gaat hij op verzoek van een monnik kruiden plukken in de bossen buiten het klooster. Hij ontmoet tijdens deze trip een vrouw, die hem verleidt en met wie hij de liefde bedrijft. Op dat moment valt bij hem het kwartje. Eindelijk begint hij te begrijpen wat Narziss al jaren tegen hem zegt. Hij is niet in de wieg gelegd om monnik te worden, het regelmatige kloosterleven en het hele dagen opgesloten in het klooster diep gebogen in de boeken zitten is niets voor hem. Goldmund besluit om de wijde wereld in te trekken. 

Tijdens zijn omzwervingen leert hij het verschil tussen seksuele begeerte en ware liefde, de onwetende innerlijke goedheid van arme (land)arbeiders, het opportunisme van de hogere standen, het kwaad dat mensen elkaar aandoen in panieksituaties (pestepidemie) en leert hij met vallen en opstaan ook zichzelf beter kennen. Dit middenstuk van Narziss en Goldmund is een van de hoogtepunten in Hesse’s oeuvre en zeker het beste in Narziss en Goldmund. Hesse slaagt erin om de filosofische en psychologische lading in dit deel op subtiele ingetogen wijze in het verhaal te weven als een (bijna) niet zichtbare, maar o zo intense, rode draad. In dit middenstuk geen confronterende recht tegenover elkaar staande tweegesprekken tussen Goldmund en Narziss die Hesse soms net iets te dik aanzet, maar een innerlijke brokkelige en meanderende zoektocht bij Goldmund naar zijn zin van het leven, balancerend en af en toe bijna vallend, tussen Apollo en Dionysus.   

Tegen het einde van zijn zwerversbestaan komt Goldmund terug bij het klooster van zijn jeugdjaren. Narziss is ondertussen abt geworden in het klooster en Goldmund heeft zich ontwikkeld als kunstenaar. Goldmund vestigt zich op het terrein van het klooster, maar treedt niet toe tot de kloosterorde. Tijdens zijn zwerf- en innerlijke zoektochten heeft hij het idee, het gevoel, de innerlijke drang gekregen om de ‘oermoeder’ uit te beelden. De ‘oermoeder’ is voor Goldmund de symbiose van alle vrouwen die hij heeft lief gehad en een enkele keer heeft geminacht. Van zijn moeder die hem op jonge leeftijd heeft verlaten via alle vrouwen met wij hij lief en leed heeft gedeeld tot aan Moeder Gods Maria aan toe, hij moet en zal ze allen samenbrengen in dat ene beeld. 

Wanneer hij als voorstudie een beeld van Maria, gebaseerd op zijn eerste grote liefde, af heeft, gaat Goldmund toch weer zwerven. Vrouwen versieren lukt niet meer, ze vinden hem te oud en ook het harde zwerversleven in weer en wind valt Goldmund zwaar. Hij keert als een oude zieke futloze man terug naar het klooster. Aan zijn ziekbed is het Narziss die aan hem opbiecht, de rollen zijn voor een keer omgedraaid, dat hij vanaf het begin op Goldmund verliefd is geweest en nog steeds is én dat hij door de kunstwerken die Goldmund heeft gemaakt en de verhalen die hij heeft verteld over zijn avonturen buiten de veilige poort van het klooster, is gaan twijfelen of hij, Narziss, wel de juiste keuzes heeft gemaakt in het leven. Bij Goldmund geen innerlijke twijfel meer, geen onrust, geen aandrang meer om het beeld van de ‘oermoeder’ te maken, omdat hij tot het besef is gekomen dat het de ‘oermoeder’ is geweest die hem heeft gemaakt. Over beide mannen is een rust gekeerd, ze zijn er alle twee, ieder op zijn eigen manier, achter gekomen dat het leven leren sterven is.

De auteur

Hermann Karl Hesse (Calw (Duitsland), 2 juli 1877 – Montagnola (Zwitserland), 9 augustus 1962) was een Duitstalig Zwitserse schrijver, dichter en schilder. Hij ontving in 1946 de Nobelprijs voor Literatuur.

Als zoon van Baltische Rusland-Duitsers werd Hesse als staatsburger van het keizerrijk Rusland geboren. Vanaf 1883 had hij de Zwitserse nationaliteit en vanaf 1890 die van het koninkrijk Württemberg. Vanaf 1924 was hij weer Zwitser. (Wikipedia

Titel: Narziss en Goldmund
Auteur: Hermann Hesse
Uitgever: De Bezige Bij
ISBN: 9789023483540
Vertaling: Pé Hawinkels
Genre: fictie
Pag.: 290
Verschenen: deze editie 2014, oorspronkelijk 1930

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.