zaterdag 3 augustus 2019

Arthur Schnitzler – Vlucht in de duisternis

Recensie door Tea van Lierop
Uitgeverij Aspekt 




Achtervolgd door wanen


Deze novelle heet het laatste werk van Arthur Schnitzler te zijn, maar er zijn aanwijzingen dat hij dit werk twintig jaar voor zijn dood schreef. Om redenen - die duidelijk worden tijdens het lezen - besloot de auteur dat het manuscript niet eerder afgedrukt mocht worden. De tekst op de achterflap en het verhelderende nawoord van vertaler Jef Rademakers maken het verhaal meer dan compleet. Ik las het nawoord vooraf en dat vond ik in deze situatie de goede volgorde. Er wordt in het nawoord een boekje opengedaan over het privéleven van de auteur, hij bleek niet voor iedereen het toonbeeld van een aimabel mens. Toch liet ik me niet leiden door de typering; het hoofdpersonage in het boek wordt zo krachtig neergezet dat de auteur samen met zijn scrupules verdween naar de achtergrond. Ik ben het hierin roerend eens met de vertaler, het is een zeer sterk boek.

De titel en de afbeelding op de cover vormen het beeld dat het hier gaat om een donker, duister en sinister boek. Dat is het ook. Robert en zijn broer Otto zijn de twee personages waar het in deze novelle boek om draait. Behalve liefde en bezorgdheid voor elkaar, is er ook een zeer broze vertrouwensband. Robert is de onevenwichtige hypochonder die lijdt aan waanvoorstellingen, Otto is een succesvol zenuwarts. Door Roberts zwakke psychische gesteldheid is hij deels afhankelijk van de expertise van zijn broer. Op zijn beurt worstelt Otto met zijn dubbelrol als broer en arts.

‘Oordeel: dat was het woord, dat in zijn binnenste steeds klonk; en daar ging het inderdaad om. Want van jongs af had hij, over welke fraaie eigenschappen hij ook beschikte, zich tegenover zijn broer altijd als een mens van geringe waarde beschouwd, en hij realiseerde zich dat zijn eigen maatschappelijke activiteiten door Otto weliswaar verdraagzaam, maar vaak ook met ongeduld en afkeuring werden bekeken.’

Dat deze ongelijkheid tot ongewenste situaties kan leiden is bijna te verwachten, zeker doordat Robert continue in de waan is dat hij bedreigd wordt. De auteur kan bijzonder goed in Roberts hoofd kijken. Angstaanjagende, irreële beelden wisselen die van de zeldzame goede momenten af. Het schijnt dat er nogal wat autobiografische elementen verwerkt zijn in de novelle, vandaar dat de beelden zo waarachtig overkomen.

Opvallend is het terugkomen van de spiegel als motief. Het toont aan hoe de waarheid vertekend weergegeven kan worden, Robert zag in zijn spiegelbeeld niet zijn eigen gezicht, maar dat van zijn broer. De auteur heeft er vast een bedoeling mee, misschien wilde Robert meer van Otto's karakter bezitten, of huizen er meerdere persoonlijkheden in één geest? In ieder geval geeft het de meerlagigheid aan.

Roberts liefdesleven is gecompliceerd, altijd zijn er weer de twijfels of hij de juiste vrouw heeft getroffen en steeds slaat de verveling en de irritatie toe. De vrouwen vormen een rode draad in het boek, in zijn dromen herbeleeft Robert zijn angstige avonturen en haalt hij alles door elkaar. Prachtig zijn de duistere beschrijvingen wanneer hij een vrouw meeneemt naar een bos en vervolgens niet meer weet wat er precies gebeurd is.

‘Hij liep met haar het bospad in, hetzelfde bospad dat hij in dat uur van afscheid met Alberta ingegaan was. Zij hield haar handen in de zakken van haar lange regenjas en razendsnel sprak zij, zonder Robert aan te kijken, volledig onverstaanbare woorden, zomaar in het niets. Doch hij wist dat dit eigenlijk iets anders betekende dan een wandeling, namelijk zijn eigen levensweg, ja, zijn allengs naar het einde voortschrijdende bestaan […] Toen hij wakker werd […]


Deze duistere novelle las ik met verwondering en plezier. Verwondering vanwege het ultieme inlevingsgevoel van de auteur en dan laat ik even los wat er bekend is van Schnitzlers levenswandel, het goed verwoorden van gevoelens is op zich al bewonderenswaardig. Verwondering ook omdat het verhaal getuigt van zelfinzicht en ondanks dat weten toch niet anders kunnen handelen. Symboliek speelt een belangrijke rol, een voorbeeld is de trein die in vele romans een profetische rol speelt en zodoende de spanning opvoert. Want spanning is er zeker, schitterend opgebouwd en daarmee werd bijna ongemerkt het leestempo verhoogd. Beter is het rustig de laatste bladzijden in te laten werken en daarbij de prachtige beschrijvingen van het landschap te laten vervloeien met het lot van de broers.


De auteur

Arthur Schnitzler (Wenen, 15 mei 1862 - aldaar, 21 oktober 1931) was een Oostenrijks huisarts en schrijver.

Schnitzlers vader was een bekende arts en had daarom Arthur voorbestemd tot een medische loopbaan, die Arthur gedurende tien jaar zou volgen. Schnitzler werkte onder meer als assistent in de kliniek van Freuds leermeester, Theodor Meynert, en werd een expert in klinische hypnosetechnieken. Toen Arthur zich steeds meer tot de literatuur geroepen voelde, verzette zijn vader zich tegen de plannen van zijn zoon.

Zijn bekendste toneelwerk is Reigen (in het Nederlands door Martin van Amerongen vertaald als Reidans) over het decadente Weense leven rond 1900. Destijds was het stuk zo controversieel dat het lange tijd niet mocht worden opgevoerd.

Ook als prozaschrijver is Schnitzler belangrijk. Zijn novelle Leutnant Gustl (1900) is het eerste verhaal in het Duits dat helemaal als innerlijke monoloog is geschreven. Het is een satire op de huichelachtige erecode in het toenmalige Oostenrijkse leger. Traumnovelle (1926) heeft de film Eyes Wide Shut (1999) geïnspireerd.(Wikipedia)

Titel: Vlucht in de duisternis
Auteur: Arthur Schnitzlers
Uitgever: Uitgeverij Aspekt
Vertaling: Jef Rademakers
ISBN: 9789463386500
Pag.: 158
Genre: fictie
Verschenen:oorspronkelijk 1931, deze vertaling 2019

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.