maandag 13 januari 2020

Stephan Enter – Pastorale

Recensie door Tea van Lierop
Uitgeverij Van Oorschot





Verlangen naar vrijheid


Een prachtig historisch landhuis te midden van weelderig groen, water en een overvloed aan vogels en insecten is het decor van een verhaal waarin twee jonge mensen op zoek gaan naar de juiste richting. Parallel in een andere setting verlangt men naar hereniging met de geboortegrond.
Oscar en Louise, broer en zus, zitten niet op één lijn wat betreft hun wensen, wat hen bindt is de behoefte aan verandering. Het meisje komt net terug uit de stad waar ze studeerde, verleden tijd, want ze heeft besloten te stoppen. Oscars verhaal begint in de klas waar hij een bromvlieg bestudeert die keer op keer probeert door een ruit te vliegen.
De vlieg komt, net als vele andere insecten, vogels en de kat te veelvuldig terug om niet als motief te worden gezien. 

Voor de vlieg zijn meerdere verklaringen te vinden, maar aangezien hij (dood door verveling) terugkeert in het laatste gedeelte van het boek staat hij als symbool voor Oscars coming of age. Net als de vlieg probeert hij ‘uit te vliegen’ op zijn manier en probeert binnen zijn mogelijkheden te ontsnappen uit zijn positie. Het lot helpt hem een handje, want hij komt in aanraking met een Moluks gezin. Jonkie Matupessy, één van zijn klasgenoten, ligt in het ziekenhuis en Oscar moet hem zijn huiswerk brengen. Behalve de Molukse wijk, daar komt verder nooit een niet-Molukker, is ook het huis waar Jonkie woont een Eldorado van curiositeit. Tevens ontmoet hij er Dona, een schoonheid die hem onmiddellijk betovert. Een kist roept Oscars nieuwsgierigheid op, maar daar mag hij niet eens naar kijken!

Louise zwoer op haar twaalfde haar geloof in God af. Heel stellig keerde ze zich tegen haar Gereformeerde omgeving. Schitterend zijn de passages waarin ze zich probeert af te zetten, maar deze rebellie toont tegelijkertijd aan hoe diep haar gereformeerde vorming geworteld is.

‘Met de eerste zin die er, geestdriftig en in verrassende harmonie, uitrolde, voelde ze haar tot glimlach geplooide mond verstijven. Het was of er gedurende een paar seconden een grauw waas voor haar stemming schoof en daarna was het tafereel dat ze voor zich zag veranderd. Want hier zag ze het in werking, en voor het eerst in haar volwassen leven zag ze het zo duidelijk: de machinerie – die zij dus deze keer zelf had aangezet.’

Louise is niet mals in haar kritiek op degenen die haar gelovig hebben opgevoed, ze schuwt geen enkel argument. Dat deze tegenspraak stevige discussie en teleurstelling oplevert behoeft geen uitleg en de auteur beschrijft deze breuk met het geloof met gepast geweld. Voor een gelovige lijkt het geen eenvoudig te verteren boek, tenslotte komt er wel een aanval op het geloof en hen die geloven. Maar misschien dat de discussie die het boek oproept ook verheldering brengt.

Oscar verkeert in een heel andere situatie. Hij zit nog op school en verveelt zich eigenlijk een beetje. Vandaar ook die vlieg als metafoor. Door zijn kennismaking met het Molukse gezin wordt zijn wereld compleet op zijn kop gezet. Hij komt in aanraking met de liefde, een enorm cultuurverschil, het verdriet en de woede van de Molukkers en voelt zich zo betrokken dat hij obsessief alles wil weten van de historische achtergrond van deze groep ontheemden. Verhelderend is het betoog over de geschiedenis van deze misleide mensen en de maatschappelijke gevolgen hiervan. Met ontroerende pen beschrijft de auteur over beloftes die de Nederlandse regering deed en nooit nakwam. Het boek speelt zich af in de jaren tachtig, de acties van de Molukkers liggen dan nog vers in het collectief geheugen.

De verhaallijnen van Oscar en Louise worden losjes om en om verteld, telkens vanuit hun perspectief. Het boek bestaat uit drie delen met een bijzonder aantal hoofdstukken, 8-4-8. Zou de auteur hiermee een bepaalde bedoeling hebben? Even gedacht aan een Bijbeltekst, maar dat biedt geen duidelijkheid. Het boek heeft als titel Pastorale, deze benaming doet denken aan landelijk, herderlijk. Herder associeert weer makkelijk naar De Heer is mijn Herder. Daarmee is de titel met zorg gekozen en kun je als lezer mijmeren over de verschillende betekenissen en uiteindelijk concluderen welke er het beste past of misschien hangt het van de passage af. De prachtige schrijfstijl en de bijzondere verhaallijnen zorgen voor een erg mooi evenwichtig boek dat vragen oproept en de blik op geloof en gelovigen doet veranderen.

De auteur

Stephan Enter debuteerde in 1999 met de verhalenbundel Winterhanden, die lovend werd ontvangen en genomineerd werd voor de Libris Literatuurprijs 2000. In april 2004 verscheen zijn eerste roman, Lichtjaren, die eveneens een Librisnominatie in de wacht sleepte. Beide boeken werden ook genomineerd voor de Gerard Walschapprijs. Eind april 2007 verscheen Enters tweede roman Spel.

Enters derde roman, Grip (2011), werd bejubeld in de media, was genomineerd voor de Librisprijs, voor de AKO Literatuurprijs en won de Gouden Boekenuil Lezersjuryprijs. Het boek is tevens bekroond met de F. Bordewijk-prijs. In 2012 is de C.C.S.Croneprijs, de tweejaarlijkse oeuvreprijs van de stad Utrecht, aan Stephan Enter toegekend.
In 2015 verscheen de roman Compassie, eveneens goed ontvangen:
‘Enter heeft er, ook dankzij zijn nooit falende, indringende stijl, een klein meesterwerk van gemaakt met een bespiegelend slot dat van grote schoonheid is.’ – NRC
‘een wanhopig mooi boek’ – De Groene Amsterdammer

Titel: Pastorale
Auteur: Stephan Enter
Uitgever: Uitgeverij Van Oorschot
ISBN: 9789028293304
Pag.: 288
Genre: fictie
Verschenen: december 2019

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.