zaterdag 8 juli 2017

Maria Stahlie - De middelste dag van het jaar

Recensie Tea

Beoordeling 5 sterren
Met dank aan Uitgeverij Querido


"De loutering"


Een roman met de tijdsspanne van nog geen 24 uur, een roman met daarin meerdere verhalen, geheimen zodat er thrillerachtige momenten ontstaan die op zeer subtiele wijze worden uitgewerkt. Plaats van handeling Amsterdam.

Hoofdpersonage Sylvia ontmoet op een kerkhof een bekende uit het verleden, Lucien. Aan het graf van Andrei, de precies 5 jaar geleden vermoorde ex-man van Sylvia, begint hun snikhete gezamelijke middelste dag van het jaar. Het is 2 juli.

Het leven van de 60-jarige Sylvia is tot nu toe niet helemaal vlekkeloos verlopen, hoewel ze zelf het idee heeft haar zaakjes onder controle te hebben.

Ze heeft een ex-man Tommy, haar eerste echtgenoot met wie ze 2 dochters heeft en inmiddels ook kleinkinderen, allen wonen in Chicago waar Tommy geboren en getogen is. Sylvia bleef in Amsterdam.

De feiten zijn belangrijk in het boek, maar veel interessanter zijn de beschrijvingen die Maria Stahlie geeft van het innerlijk leven van Sylvia. Door de toevallige ontmoeting met Lucien, alcoholist, ziet er uit als een landloper en heeft een abces in z'n kaak, zijn deze twee voor deze ene dag tot elkaar veroordeeld.  Het Griekse bijgeloof zegt dat na vijf jaar de botten moeten worden opgegraven om te kijken of zijn zonden zouden zijn vergeven. Behalve veroordeeld tot elkaar zijn de twee ook lotgenoten doordat ze beiden een geheim op te biechten hebben.

Mystiek speelt een belangrijke rol in het verhaal , zo heeft een ontmoeting met een vriendelijke monnik grote indruk gemaakt op Sylvia. Tijdens een klassenuitstapje naar een contemplatief klooster maakte ze kennis met  'de staat van de hogere verwarring', een staat van fascinatie en tegelijkertijd angst om voorbij grenzen te gaan.

'Haar blik was naar binnen gericht en in haar binnenwereld heerste geen hogere verwarring maar ontreddering'

Mythologische en Bijbelse ( 'Come forth, Lazarus, come forth !' ) verwijzingen
geven het verhaal een extra lading. Zoals  in de beschrijving van zes reigers aan de rand van de dodenakkers. In de tijd van de Farao's was de reiger het symbool voor vernieuwing.

De terloops genoemde ex-man Tommy speelt een belangrijke rol, hij is muzikant en  is in Nederland voor een optreden met zijn band. Het lichtvoetige ritme van de taal  gaat aan het einde van het boek over in een extatisch ritme. De muziek maakt iets los in de harten van de mensen en zorgt voor een adembenemend slot.

Een schitterend intiem boek met surrealistische elementen. 

Auteur: Maria Stahlie
Categorie: Roman
Pagina's: 196
Uitgeverij: Querido
ISBN: 9789021405117
Verschenen: mei 2017





2 opmerkingen:

  1. Door 'metdeneusindeboeken'-twitter werd ik gewezen door @tealeest op de recensie in deze blogspot. Nu ik dit boek heb gelezen leek het mij leuk om mijn reactie te geven.

    Elke lezer leest en beleeft een roman anders. Dat is mij bekend. ‘De middelste dag van het jaar’ van Maria Stahlie is door de recensenten van De Volkskrant, Trouw, en Het Parool positief beoordeeld. Dat heeft mij verbaasd. Ik vraag mij dan af of ik wat heb gemist. Of ik niet genoeg ‘tussen de regels’ heb gelezen. Of ik deze ‘coming of a certain age-roman’ (quote Hannah Van Wieringen NRC) niet heb begrepen.

    Ik had grote moeite had om deze roman van ‘een van de grootste romanschrijvers van haar generatie’ (quote achterzijde boek) uit te lezen. En dat gebeurt als veellezer niet vaak. Het geknutselde verhaal irriteerde mij steeds meer. Rob Schouten van Trouw schrijft dat het bij Stahlie niet om het verhaal gaat maar om de inzichten van Sylvia Ciecierzky, de hoofdpersoon. Feitelijk schetst Stahlie mij, bijna tot vervelens toe, met wie we te maken hebben, hoe zij in elkaar zit, hoe zij denkt en handelt en inderdaad… haar inzichten. Daar draait het wellicht om maar persoonlijk maakt dat de roman niet boeiend. De zogenaamde ‘lauwheid’ komt elke pagina weer boven drijven. Soms achter elkaar, zin na zin (pagina 222 onderste gedeelte). En het woord ‘naakt’ komt op de volgende pagina’s weer veelvuldig terug. Maar ook op pagina 130 en 131 komt ‘de pop’ overvloedig genoemd. Nu weet ik dat herhaling een situatie kan versterken in de literatuur. Maar in dit geval kwam dat niet als zodanig bij mij over. Integendeel. Dan vraag ik mij af wat er moet worden overgebracht met deze herhalingen. Evenals het noemen van de hitte op de middelste dag van het jaar. Het hele boek door. Dan denk ik: dat weet inmiddels wel. ‘Show don’t tell’ en de lezer begrijpt met een half woord genoeg.

    En ja, de grijze muis Sylvia twijfelt en neemt in het hele verhaal geen stelling. Ondanks haar dilemma om een keus te maken om samen met haar ex oud te worden, haar espadrilles-levenswijze komt zij niet tot leven. Tja, er zit ook weinig leven in deze zestigjarige vrouw. En dat een grijze muis wel boeiend kan zijn bewijst de schrijver Karel Capek met ‘Een doodgewoon leven’.

    De atmosfeer wordt uitgebreid uiteengezet maar het verhaal kan (mij) niet boeien. Een jonge man die precies na vijf jaar naar het graf van een vriend komt om daar te gaan brullen vanwege een Grieks bijgeloof over schone botten? Dezelfde jongeman die vijf jaar daarvoor met haar dochter Mirjam het hoofd afzagen van een boer die zich heeft verhangen. Zal een lekkere bloederige onderneming zijn geweest. Leuk als je dochter thuiskomt na zo’n middagje weg. Gelukkig merkt moeder niets. Iedere familie heeft zo zijn geheimen, ‘onderhuidse allergieën en obsessies’ (Rob Schouten). Geweldig. Maar geeft mij dan maar ‘De Correcties’ van Jonathan Franzen. Onderhuids, schurend, broeiend en ongemakkelijk. Niet uitgesproken maar voelbaar.

    En dan de opoffering van Machteld van Ginneken (altijd voluit geschreven; waarom?) die de schuld op zich neemt van haar zoon. Dat is dan toch haar beslissing? Waarom zou Sylvia zich daarover druk maken in deze ‘Griekse tragedie’ (zoals Persis Bekkering uit de Volkskrant deze roman noemt). Het betreft hier maar een vage kennis van haar.

    Het boek eindigt na een, uitvoering beschreven, jazzconcert met het krieken van de volgende dag waar Sylvia hoop uit haalt. Helaas heb ik als lezer niets uit de middelste dag gehaald. Het heeft me niet meegenomen, beroerd of gepakt. Één zin over de buurvrouw kon me bekoren; “Astrid was in haar jonge jaren omroepster geweest bij de VARA, ze had een stem als een klok en een lach als een waterval”. Daar had ik er graag meer van gehad.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Bedankt voor de uitgebreide visie op het boek. Ik heb het vorig jaar anders beoordeeld. Het raakte mij wel en ik vond de motieven mooi gevonden.

    BeantwoordenVerwijderen

Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.