Recidiverende boggerij en sodomitisme in de 17e eeuw
Marjon Nooij
Het is 1668, de twintigjarige Luiz Delgado belandt door toedoen van zijn broer João in de geheime kerkers van de Inquisitie. Na zes maanden wordt er een gerechtelijk onderzoek ingesteld vanwege aanhoudende geruchten over affectie en liefkozingen tussen Delgado en een andere man. Luiz Delgado wordt gestraft door de Heilige Inquisitie wegens sodomie – ‘de verachtelijkste, vuilste en ondeugdelijkste zonde’ – en veroordeeld tot tien jaar ballingschap in São Salvador, Brazilië, waar hij in 1669 voet aan land zet. Tijdens de helse vaart gaan zijn papieren in vlammen op en weet Delgado zich verdienstelijk en gewaardeerd te maken door hard te werken en de opvarenden te verpozen met zijn gitaarspel. Het verlies van zijn papieren is in zijn voordeel, want zodra hij voet zet op vaste grond is hij een vrij man, zonder de druk van zijn verleden. De zondaar heeft echter berouw vanwege zijn daden en is ‘vastberaden om weerstand te bieden aan elke vorm van perverse genegenheid’.
Vidal Porto – die de historische roman schreef tijdens de periode van het Bolsonarisme, ten tijde van het extreemrechtse bewind van Jair Bolsonaro – heeft onderzoek gedaan naar historische documenten, zowel in Portugal als in Brazilië. In zijn roman Sodomiet onderzoekt hij hedendaagse thema’s als ontkerkelijking en de erfenis van slavernij, en heeft hij zich laten inspireren door de rechtbankverslagen van de processen tegen ‘sodomieten’. In de reeks van 203 andere namen trok het proces van Luiz Delgado uit Évora, Portugal zijn aandacht. Luiz Mott, Braziliaans antropoloog en homorechtenactivist, heeft de rechtbankverslagen overgeschreven uit de Torre do Tombo-documenten van Het Nationaal Archief van Portugal. Het proces gold destijds als een van de grootste seksuele schandalen uit de 17e eeuw, toen homoseksualiteit werd bestempeld als een misdrijf. In Vidals roman speelt Luiz Delgado de hoofdrol, waarbij zijn veroordelingen als uitgangspunt zijn gebruikt en verweven in een verder fictioneel verhaal, maar met echte personages en gestoeld op de feiten die er te vinden waren.
'Ze leed evenmin aan duivelse driften en zou hem ook niet als vleselijke man behoeven, slechts als gezegende echtgenoot en vriend. Daarom verwelkomde ze hem in huis en stelde voor dat ze aparte alkoven zouden betrekken opdat hun verbintenis zuiver kon blijven.'
‘En deze verboden aantrekkingskracht welde op wanneer hij ofwel de schaamdelen van de indianen zag, ofwel de glimlach van de muzikanten, ofwel de armen van de landarbeiders, ofwel de handen van de vissers, de kuiten van de schoenmakers, de achtersten van de pages, alles verleidde hem. Hij leefde in strijd met de Duivel, die hij bemerkte in de vele mannen met wie hij omging.’
'Ik zie in dit land mijn hart bevrijd en mijn geest zonder schuld, zonder zonde en vol blijdschap.' […] 'Ik kan niet meer over verdriet spreken, want spijt is hier alleen van nut om te weten dat ik het heb doorstaan en dat ik er liever geen herinnering aan overgehouden had.'
Het verhaal wordt verteld vanuit een alwetende verteller en is verstoken van dialoog, wat het veel vaart geeft. Op satirische wijze stelt de auteur de onderdrukking van LHBTIQ- gemeenschap aan de kaak. Vidal Porto hanteert geen gebruikelijke manier van schrijven, omdat hij contemporaine taal vermengt met archaïsche woorden, door Anne Lopes Michielsen op voortreffelijke wijze vertaald. Met name het gebruik van de archaïsche woorden en de spot die de auteur drijft met de gedachtegang die destijds gold, maken dat de taal ironisch klinkt.
--
Eerder verschenen op Tzum
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Laat gerust een reactie achter.
Dat wordt zeer op prijs gesteld en we willen graag weten wat je ervan vindt.