zaterdag 28 maart 2020

‘Wat ik maak, dat ben ik’ Het schrijf- en uitgeefproces van Harry Mulisch

Recensie door Tea van Lierop



Is het raadsel vergoot?

Twintig masterstudenten van de opleiding Redacteur/editor 2019-2020 aan de Universiteit van Amsterdam schreven, redigeerden en gaven dit boek uit. Aan mij de eer om het boek alvast te lezen en van commentaar te voorzien. 

Wie kent hem niet? Harry Mulisch werd samen met Gerard Reve en Willem Frederik Hermans gerekend tot ‘De Grote Drie’ van de naoorlogse literatuur.
Zelf rekende Mulisch zich liever niet tot een groep, in interviews liet hij zich hierover uit en schiep zijn eigen beeld. Met uiterste precisie hield de auteur dit beeld in stand, denk alleen maar aan zijn kenmerkende uiterlijk met pijp en flamboyant gekleed. 

‘Mulisch heeft het uiterlijk van een dandy, met gesoigneerd krulhaar, piekfijn op elkaar afgestemde kleding, een pijp binnen handbereik. Er ontstaan twee kampen: zij die deze ijdelheid voor waar aannemen en zij die er steeds de ironie van in blijven zien. Mulisch geniet van dit spel. "De meeste mensen ergeren zich aan mijn arrogantie, doordat ze zelf een superioriteitscomplex hebben, dat ze voor zichzelf verbergen, zodat ze het mij kwalijk kunnen nemen." (bron)
 
Het boek

Opgebouwd in ruim twintig hoofdstukken wordt een aantal aspecten onder de loep genomen. De onderwerpen zijn divers. Zo staan er twee interviews in met personen die Mulisch beroepsmatig van heel dichtbij kenden. Uit één van de interviews komt Mulisch’ gevleugelde uitspraak ‘Je moet het raadsel vergroten in plaats van het oplossen’ aan bod en gunt de lezer een blik op de achtergrond van deze zin. 

Natuurlijk is er ook aandacht voor het oeuvre van Mulisch. Niet alleen de bekendste werken zoals onder andere De aanslag, De ontdekking van de hemel en Siegfried,  maar ook poëzie en romans die wat minder bekend werden komen aan de orde. Per onderwerp wordt een thema uitgelicht en geanalyseerd, dit is een fijne manier om de ontwikkeling van de auteur te volgen. 

In 1966 verscheen Bericht aan de rattenkoning ; de reden waarom dit werk is opgenomen in de bundel zou de interessante ontdekkingstocht kunnen zijn over de ware aard van dit boek. De jonge politiek geëngageerde Mulisch schreef dit boek in drie weken en lucht hierin zijn hart over de provobeweging en het huwelijk van Beatrix en Claus. Tijdens deze periode schreef Mulisch geen fictie, maar wilde de werkelijkheid weergeven. De stijl wordt vergeleken met In Cold Blood van Truman Capote dat in hetzelfde jaar verscheen en net als Bericht aan de rattenkoning geen zuiver journalistiek verslag is, maar ingekleurd door de ‘waarheid’ van de auteur.

Van Mulisch’ romans weten we dat hij vaak terugkomt op dezelfde thema’s. Bekende voorbeelden zijn WOII, zijn ouders, vooral zijn joodse moeder, de dood en veel mythologie. In de novelle Voorval worden de verwijzingen naar de mythologie helemaal uitgeplozen en voor de liefhebber is dit een feest van herkenning. Je hoeft dit boekje niet gelezen te hebben om de voorbeelden te begrijpen en misschien ben je dezelfde verwijzingen al eens tegengekomen in een andere roman van Mulisch(?). Wie kent niet de mythe van Orpheus die zijn geliefde Eurydike uit het dodenrijk mag halen mits hij bij de terugtocht naar de wereld van ‘levenden’ niet achterom kijkt of zij hem wel volgt…. 
Het hoeft geen betoog dat al deze voorbeelden zeer interessant zijn voor de liefhebber van literatuur, het lezen over Mulisch nodigt uit tot het oppakken van één van zijn romans. 

Wat te denken van zijn laatste roman Siegfried? Het laatste hoofdstuk van Wat ik maak, dat ben ik is gewijd aan deze roman. Gedeeltelijk wordt aandacht geschonken aan de inhoud van het boek, maar heel belangrijk is het proces van uitgeven en het hele beeld eromheen, oftewel: wat behelst Het Mulisch-effect? Hoe breng je het boek onder aandacht en waar moet het accent liggen? In Amsterdam natuurlijk, daar komen grote aanplakbiljetten op zuilen en de boekpresentatie in aanwezigheid van burgemeester Job Cohen. Uitgeverij De Bezige Bij en Mulisch creëerden samen de ideale omstandigheden waardoor Siegfried zichzelf zou verkopen, het Mulisch-effect deed zijn werk. Aan alles werd gedacht, van het omslag tot het maken van website ‘Het nieuwe lichaam’ waar de bezoeker in de vorm van een spel een tocht kon maken ‘door de krochten van Mulisch’ geest’

Verguld leg ik het boekje terzijde, blij met zoveel en gevarieerde informatie over een auteur die zijn sporen in de Nederlandse literatuur achterliet en met deze aandacht van de jonge masterstudenten weer wat minder in de vergetelheid zal raken. Een schrijver die niets aan het toeval overliet, die zijn eigen werk keer op keer kritisch beschouwde voor hij het naar de redacteur bracht en heel af en toe iets overnam van diens voorstellen. 

Op de vraag of het raadsel vergroot is kan ik slechts één antwoord geven: ja, het raadsel is vergroot, met de nieuw verworven informatie valt er nog erg veel te ontdekken.
 
Een tip voor wie het boek wil aanschaffen: bij het schrijven van deze recensie was de eerste druk bijna uitverkocht, voor meer informatie is dit het juiste adres.


Titel: ‘Wat ik maak, dat ben ik’
Auteur Twintig masterstudenten van de opleiding Redacteur/editor 2019-2020 aan de Universiteit van Amsterdam
Uitgeverij: 
ISBN: 9789082343359
Pag.: 233
Genre: Non-fictie
Verschenen: 2020